18 mei 1964 werd DWS Landskampioen en met een platte wagen met onder andere Joop de Jong, Frits Flinkenvleugel, Rinus Israel en Piet Schrijvers werden zij door de Spaarndammer- en Staatsliedenbuurt gereden. De meeste voetballers hadden een sigarenwinkel en in de Van Limburg Stirumstraat zat Joop de Jong. Op de Haarlemmerweg zat ook een sigarenwinkel vlak bij het Nassauplein waar elke zondag op grote borden de eindstanden werden opgeschreven. Het was om een uur of vier altijd druk, ook vanwege de voetbaltoto.
Ook deden wij mee met Hartjesdag, dat was de 2e of 3e dinsdag in augustus. We hadden altijd de kleinste fik want tegen de bewoners van het Van Beuningenplein konden we niey op. Toen we eindelijk eind jaren 50 in ons houten getimmerde hutje tegen een winkelpui in de Van der Hoopstraat heel veel papier, hout en ander brandbaar spul hadden verzameld, en zeker het grootste fik van de buurt zouden hebben, werden wij door een bewoner verraden. Alles werd in die namiddag door de stadsreiniging in beslag genomen. Ik hing uit het raam en zag het gebeuren, wat waren we kwaad.
Daar stonden we. geen fik, maar heel veel bewoners hebben ons geholpen. Wat er allemaal van de zolders afkwamen weet ik niet. maar ‘s avonds hadden we wel een mooi fik, er lag zelfs een autoband op die een enorme zwarte rook gaf op het Van Limburg Stirumplein. De brandweer is er twee keer bij moeten komen om het vuur te doven, maar een succes was het wel!
Met luilak gingen we ‘s nachts belletje trekken en vuilnisbakken op de tramrails leggen, ook werden de deurknoppen met touw vastgemaakt zodat er niemand uit kon en je fiets moest je echt naar binnen halen, anders was je de pineut en had je twee lekke banden.
Heel onschuldig allemaal als je het vergelijkt met nu.
Van bakkerij Muchal kregen we wel eens op zo`n nacht gratis luilakbollen. Ik heb nog eens van de heer Nijdam van de groentewinkel een emmer water over me heen gehad. Hij had een auto en wij stonden in een groepje daarbij, ik leunde per ongeluk tegen een spatbord en er viel een glas van het knipperlicht af, iedereen rende weg, ik probeerde het er weer op te zetten, maar kreeg dat natuurlijk niet voor elkaar, elke keer vloog dat ding op de grond. Hij heeft het natuurlijk allemaal gezien gebeuren en voor dat ik het wist, had ik een nat pak. Ook kwam er eens een mannentje uit de Jordaan die kinderen ophaalde
uit de Spaarndammer- en Staatsliedenbuurt. Hij nam ons mee naar de Elandsgracht waar we een film konden kijken in het Edisontheater. Ach, wat waren we gauw tevreden met niets.
Lees hier de negen eerdere delen en de andere verhalen van Peter van Zwam.