Nint

Auteur: Leo Cahn

 

In de jaren zestig kwam ik als jongetje regelmatig in het Nint in Amsterdam. Het was het museum voor nijverheid en techniek.

 

En ze hadden indrukwekkende dingen, een half doorgezaagde scheeps motor meteen links bij de ingang die nog steeds kon draaien, en een telegraaf waarmee je echt kon telegraferen. Vliegtuigonderdelen van aan elkaar gelijmde platen, voorbeelden van turbines en prachtige elektrische instrumenten ter beschikking gesteld door Nederlandse industrieën waarvan de meesten helaas niet meer bestaan. In een vitrine in de gang stonden eindexamen werkstukken van instrument makers, de crème de la crème van het scholings- systeem waar ik ook deel van uitmaakte.

 

Het waren ingewikkelde hoogstandjes van staal en brons zoals seinsleutels en tandwielkasten. Maar ik werd getroffen door een klein metalen doosje met een glazen deksel, met daarin kevermodellen van geblauwd staal, ik geloof een vliegend hert met een prachtige gewei, lederboktoren, de driehoornmestkever en andere grote kevers die tot in detail met uiterste precisie gemaakt waren door iemand die, -zo stelde ik me voor- net als ik, ook een beetje buiten de wel erg steile Technische boot viel. Ik heb het museum vaak bezocht -want het lag op de weg naar huis-, en altijd weer dat doosje bekeken. Misschien is het nog wel ergens in de opslag van museum Nemo, de opvolger van het NINT.

 

In de kevers zag ik, wat er nog meer kan met machines en zo werk ik nu nog, weliswaar zeer technische maar toch handwerkelijk met kleine series en unica's. Het meest gebruikte materiaal is zilver en magnesium, in plaat. Het zilver laat ik hard walsen als verenstaal. Door het niet te lassen blijft het ook zo, dus maak ik ontwerpen die in hoge mate door veerkracht en constructie worden bepaalt.

 

Meestal in plaat met computer frees of printwerk dat inspireert me, en ik ben nog lang niet aan het eind van de mogelijkheden.

 

 

 

Alle rechten voorbehouden