Een eigen ijsbaan in de Van Karnebeekstraat

Verteller: Irene Botman
6 Fans
Van Tijenbuurt, Geuzenveld

Wij hebben afgesproken bij Irene thuis in de Blusséstraat. Het regent een beetje maar Irene Botman staat stralend achter het raam en we kunnen toch buiten foto’s maken.

Irene Botman voor het raam van de flat

Irene Botman voor het raam van de flat

Alle rechten voorbehouden

De familie Botman komt uit West-Friesland, haar vader was machinist op de grote vaart maar is overleden. Moeder trouwde daarna met haar zwager en dus bleef haar achternaam hetzelfde! Irene was toen 5 jaar.
Het gezin ging toen in de Kinkerbuurt in Amsterdam wonen, met z’n vieren, in een ”halve woning”; één kamer met een alkoof, wat krapjes… Toen ze in 1958 in de Van Karnebeekstraat een huis met een tuin kregen, was dat voor hen een wonder, maar wel een duur wonder. Haar vader besloot toen om de auto weg te doen en er kwam een Solex.
Een leuke herinnering aan deze buurt blijft de EIGEN IJSBAAN. Zodra het vroor kwamen alle vaders met tuinslangen tevoorschijn om het grasveld op te spuiten en zo konden de kinderen schaatsen op hun eigen ijsbaan.
“De ouders deden ook mee hoor! Het contact was toen anders, er werd veel meer gepraat met elkaar. En ook veel meer samen gedaan, zoals met de vele buren uit Indonesië. Die kochten voor Oud en Nieuw allerlei soorten vuurwerk - wij deden dat niet - maar wat een pret gaf dat! Er werden ook vele vreemde gerechten gekookt die wij dan mochten proeven, lekker en leuk was dat. Toen was saamhorigheid heel belangrijk, respect werd getoond, maar nu mis ik dat.”
Sinds 1992 woont Irene hier in de Blusséstraat, omdat ze, nadat haar moeder overleden was, geen recht meer had op zo’n grote woning. Dus werd het de flat. Ze was administratief medewerkster bij een elektrisch installatiebedrijf voor beurzen (bijvoorbeeld in de RAI), is in 2005 gestopt, maar verveelt zich nooit. “Alléén mis ik wel eens het contact met collega’s, maar één ervan zie ik nog vaak, dat is een vriend.”
“Hier wordt nu veel gesloopt, ja, dat is te begrijpen want veel grote gezinnen zitten in de kleine flats en dat kan niet meer, zij mogen ook wel een grotere woning. Het rare is dat sinds wij weten dat er gesloopt wordt, het trappenhuis regelmatig schoon gemaakt wordt en er weer allerlei reparaties gedaan worden.”
“Leuke herinneringen”, zegt Irene, “die zijn er wel: het lavet met ribbels om de was te doen, dat was wat. Een oom van mij verhuurde wasmachines, die werd op maandag gebracht, de was werd snel gedaan en op dinsdag werd de machine weer opgehaald, wat een baan! De douche -hadden wij nooit van gehoord - geweldig! Wij kregen ook iets geks in de buurt, een wasserette. Alle dames uit de buurt spraken daar af en gingen dan gezellig babbelen terwijl de was werd gedaan. Wat een modernisme!”
De hobby’s van Irene zijn borduren en de kaarten maken in 3D, en daar heeft ze heel veel werk aan.
Twee voorwerpen in huis zou zij nooit kwijt willen: een stoeltje van haar ouders en een bedelarmband waarvan het eerste bedeltje door opa en oma is geschonken.
Binnenkort moet zij verhuizen, maar waar wil ze naartoe? “Het liefst blijf ik in Geuzenveld, veel groen, breed, prettig gewoonweg.”
De poes des huizes is inmiddels op de bandrecorder gaan zitten. Dat betekent stoppen dus. Jammer, want Irene zou nog dagen kunnen vertellen.

Gepubliceerd: 4 maart 2007

Link naar meer verhalen uit de Van Tijenbuurt.

Alle rechten voorbehouden

1447 keer bekeken

Bekijk meer afbeeldingen

Blusséstraat

Blusséstraat

Alle rechten voorbehouden
Blusséstraat de entree van de flat

Blusséstraat de entree van de flat

Alle rechten voorbehouden
Irene Botman

Irene Botman

Alle rechten voorbehouden

Geen reacties

Voeg je reactie toe