Eind 1949 vertrekken we met z’n achten, dus met jonge zus Ineke (1949), een nog herstellende moeder en een druk solliciterende vader naar de Eerste Helmersstraat 301 3-hoog op de hoek van de Pieter Langendijkstraat. Een heel rustige, keurige, feitelijk stille straat met in het deel tot het Staringplein zegge en schrijve twee (amerikaanse) auto’s verder niets, waarvan een van de groenteman Tabak aan de overkant bleek te zijn, hetgeen mijn moeder direct de uitspraak ontlokte van: daar ga ik niet kopen veel te duur!
Het huis, met twee balkons, lag dus op een hoek zonder ramen aan de achterzijde. Er was een lange gang met acht deuren. Ook was er een zolderkamer met een raampje waardoor je op het dak kon klimmen. Dit werd door ons het platje genoemd en voornamelijk gebruikt om foto’s te maken en dat waren meestal foto’s van kerkelijke gebeurtenissen als bijvoorbeeld Eerste of Plechtige Communie.
Er was een kamer, door ons de goeie kamer genoemd, de tussenkamer, de hoekkamer en een klein kamertje. Er was geen douche! De grote kamers waren ook verbonden door dubbele schuifdeuren. De goeie kamer werd aanvankelijk, zoals toen gebruikelijk, inderdaad enkel op zondag gebruikt na de hoogmis van 11.00 uur in de Vincentiuskerk om koffie te drinken, operaplaten te draaien en radio te luisteren.
Pa had een fauteuil met verstelbare rugleuning en brede armleuningen waarop hij lekker zijn koffie kon neerzetten. Naast hem stond een rooktafeltje (waarschijnlijk een huwelijkscadeau) met mooie gedraaide zwarte poten, een glasplaat en metalen rand. Op het tafeltje stond een rookset bestaande uit een tabakspot, een sigarenbeker, een sigarettenbeker, een luciferdoosjehouder en een asbak.
Ma had ook een gemakkelijke stoel bij de kolenhaard. Voor de kinderen was de bank en twee stoeltjes. Later werden in deze kamer ook gebruikt om spelletjes te doen en pinda’s te doppen op een krant. We speelden bv stap-op, mens erger je niet, ganzenborden, mikado, pesten met kaarten, hengelspel met vissen in een kartonnen “aquarium”, dammen, schaken, monopoly , scrabble en natuurlijk veel lezen.Bijzonder spannend was het luisteren naar interland voetbalwedstrijden met in de rust en aan het eind gerijmd commentaar gezongen door Jan de Cler. Ook luisterden we graag naar Zaterdagavondaccoorden, de Bonte Dinsdagavondtrein van de Avro en Mastklimmen van de NCRV. Niet te vergeten de bijzonder spannende hoorspelen Monus de man van de maan, Sprong in het Heelal en Paul Vlaanderen. Maar voor de kleintjes Kleutertje Luister, Paulus de Boskabouter en Klokje van zeven uur en dus … naar bed.
De grote kamers werden wisselend gebruikt als zitkamer en slaapkamer van ouders en kinderen. Het kleine kamertje was voor twee kinderen. Ik herinner mij in de tussenkamer het tweepersoonsbed dat, bij het naar bed gaan nog warm was van de pan met rijst die daar bewaard geweest was.
Een tijd later verhuisden wij twee jongens naar de zelf opgeknapte zolderkamer met stapelbed. Nog veel later huurde mijn moeder van de buurvrouw mevrouw Warburg voor 7,50 gulden de zolderkamer voor de vier zussen, twee in een stapelbed en twee in een tweepersoons. Een vriendje van Mieke, toepasselijk genaamd Wim van de Water, loodgieter uit Sloten, legde een wastafel aan.
Volgende keer deel 2