Mevrouw Toet wordt een beetje opstandig als je haar 'mevrouw Toet' noemt. "Ik heet Elisabeth, hoor!", zegt ze dan. En toch verdient deze sympathieke dame enig respect. Want, al zou je het niet zegen, ze is al zeventig jaar oud, en nog steeds actief in de buurt en voor het stadsdeel. Bovendien woont ze al vijfenveertig jaar in hetzelfde huisje aan de Geleyn Bouwenszstraat.
Reden genoeg dus eens uitgebreid met haar te babbelen.
Barre winters, paarden en indianen
Desgevraagd vertelt Elisabeth dat ze in maart 1959 met haar gezinnetje naar Geuzenveld kwam, en dat ze het voor die tijd aanzienlijke bedrag van negentig gulden huur per maand moest betalen. Vóór haar huis, waar nu een prachtig park gelegen is, was het toen nog een kale en ruwe zandvlakte. "Zie je die dikke boom daar?", wijst ze, "Ik heb nog gezien dat het een heel dun stammetje had!". Mevrouw Toet heeft nog warme herinneringen aan de strenge winters van de zestiger jaren, ondanks het feit dat ze toen nog geen centrale verwarming had. Maar ze genoot ervan om te schaatsen op de bevroren wateren.
Toch heeft ze de beste herinneringen aan het Geuzeneiland, bij haar om de hoek. Want daar werd door de buurt van alles voor de kinderen georganiseerd. Één keer hielden ze er een heus indianenkamp; een activiteit die mede aanleiding is geweest voor het ontstaan van de manege aldaar. Ze heeft er nog een tijdje rijles gegeven, maar stopte toen ze bang werd van een paard te vallen. En prompt brak ze even later haar pols - toen ze uitgleed over een stukje ijs. "Potverdorie", zegt Elisabeth, "Daar had ik wel de pest over in!"
493 keer bekeken