de toren

Van de toren kan ik nog herinneren dat ik als 17 jarige jongen voor het schilders bedrijf Arie Heij, de werkplaats was in de Nes, met onze letter zetter Toon, de klok cijfers met goud hebben moeten beplakken, we moesten toen ik denk in 1948, bij een inwoner door een luik de toren inklimmen , ook weet ik nog dat die mensen een papegaai hadden die goed kon speken. Ja en het mocht niet hard waaien, dat goud zat op papier en dat waaide er zo af, maar het is gelukt.. Ja, als Amsterdamse bakfiets jongen kende ik heel de stad, en nu ik 80 ben droom ik er soms nog van, dan zie ik mijn eigen met mijn bakfiets door Amsterdam rijden. Op de Rozengracht bij Lukas bol voor de deur ging op koninginnen dag de bakfiets omver, de bus met oranje waterverf die we op de markhallen hadden gebruikt ging over de weg, heel de straat oranje. Twee mannen van Bols kwamen naar buiten met de brandslangen spoten de staat weer schoon. Het glas rek en de bakfiets heb ik in de gracht schoon gemaakt, maar toen ik op de wekplaats aankwam in de Nes stond de ouwe baas me al op te wachten, hij was me op de Rozengracht met zijn auto voor bij gereden, hij had het al gezien. maar bij de oude Heij kon ik wel een potje breken. ach ja het zijn maar wat herinneringen van een stads genoot