Wat een heerlijke en lieve mensen waren het, onze Javaanse buren, de fam. Mees in de Wigbolt Ripperdastraat, ik heb nooit, ook later niet, zulke lieve en gastvrije mensen meegemaakt, en dat gold voor alle Indische mensen die ik heb gekend, altijd kon je binnenkomen, altijd moest je mee eten, en soms voelde je je zo bezwaard en dorst je geen ja te zeggen, uit angst dat je teveel van hun goedheid misbruik maakte, hun zoontje Gerard, die van mijn leeftijd was en dus mijn vriendje, was wel van een andere afkomst, maar dat zag ik nooit zo, en van discriminatie had je al helemaal nog nooit gehoord. Oooh, en dan dat heerlijke eten, wat een geweldige vooruitgang en toevoeging voor onze simpele hollandse keuken.... Slamat makan was ook het eerste buitenlands (maleis toch?) wat ik leerde. Op latere leeftijd had ik altijd wel indische vrienden, gewoon omdat ze altijd eerlijk waren en zeer betrouwbaar... (goed oké, ze hielden wel van uitslapen... dus je moest dan wel eens wachten, maar dat wist je....) Ik zou willen dat alle mensen ter wereld het karakter zouden hebben van onze lieve Indische wereldburgers, in ieder geval van zij die hier ons land zijn komen verrijken, wat zou de wereld er dan een heel stuk beter uitzien.