Hallo Wilma, Channah en Jetty
Allereerst wil ik Channah bedanken voor de link naar het weeshuis aan de Lauriergracht. Ik heb aan mijn oudste broer gevraagd of hij nog wist waar we toen naar toe gebracht waren en hij wist niet de naam maar nog wel dat het op de Lauriergracht was dus dat kan niet missen.
Jetty wat vind ik het leuk dat je uit mijn verhaaltje opmaakte dat mijn ouders goed bezig waren.
Wilma hierbij nog wat herinneringen aan de periode in het weeshuis.
Wij werden gebracht door mijn vader en dat gebeurde gewoon met het openbaar vervoer.
Ik herinner mij dat het gebouw verdeeld was in zalen en dat de muren en ramen heel hoog waren.
We sliepen met een aantal kinderen op een zaal en s'avonds kwam een zuster (in habijt) controleren of we allemaal in bed lagen.
Het avondeten was in een grote eetzaal en we zaten ongeveer met acht kinderen aan een tafel. Ik zat met mijn broertje Hendrik-Jan aan dezelfde tafel. Mijn broer Dirk-Jan zat aan een andere tafel. De tafels werden vernoemd naar de groente die je kreeg. Op een dag zaten Hendrik-Jan en ik aan de spinazietafel en mijn broer Dirk-Jan aan de andijvietafel. Dirk-Jan lustte geen andijvie en schreeuwde moord en brand. Die andijvie was ook nog met een maizenasaus en ik zei nog tegen de Zuster dat mijn broer het echt niet lustte maar ik moest mijn mond houden en dooreten. Hij moest het opeten. Dit vergeet ik mijn hele leven niet meer want ik kon niemand duidelijk maken dat Dirk-Jan het thuis ook niet lustte.
Als we onder de douche gingen stonden we in ons blootje in een rij en er was een hele grote Zuster met een boender en een blok groene zeep en je werd hardhandig schoongeschrobd. Ik kan jullie verzekeren dat dat echt routinewerk was voor die zuster want ze had een tempo dat wil je niet weten. De oren werden ook niet vergeten.
Er was ook een zandbak en die was afgeschermd met gaas en dat zat er dus ook aan de bovenkant. Ik had al een paar keer lekker in die zandbak gespeeld en toen ik er weer in moest betrok toevallig de lucht en opeens zag alles er heel dreigend uit. Ik werd hardstikke bang en raakte in paniek. Ik heb de hele boel bij elkaar gegild en was met geen stok meer in de zandbak te krijgen. Uiteraard moest ik er toch in. Naderhand bekeken zal ik me opeens gerealiseerd hebben dat alles opeens anders was en dat ik me gewoon ontheemd voelde.
We moesten ook naar school en dat was ook weer zo'n hoge zaal. Iedere dag mocht er een kind jarig zijn en die kreeg een kunstbloem in een vaasje op zijn tafeltje en de rest van de kinderen ging dan "lang zal ze leven"zingen.
Al met al heeft het allemaal diepe indruk op me gemaakt maar we werden er goed verzorgd en dat het streng was moest ook wel want er zaten toch wel onhandelbare kinderen tussen en ik weet nog wel dat er één kind was die altijd in de contramine was en een hele grote mond had. Ik herinner me ook nog dat een kind vroeg of we vondelingen waren en dat ik zei dat we een vader en een moeder hadden maar dat ik niet meer wist waar die waren.
Het was voor mijn kloekerige moeder heel vreselijk dat ze zelf niet meer in staat was om voor ons te zorgen. Mijn moeder had een hele nare buitenbaarmoederlijke zwangerschap en ze wilde er jaren lang niet over praten. Het enige dat ze erover zei was dat ze moest rusten van de dokter.
Jetty nog even over de geweldige smartlap.
Het is inderdaad zo dat herinneringen eigenlijk levensverhalen zijn en daar zit voor elk mens wel wat smartlapperigs bij. Gelukkig kan ik van mijn jeugd ook veel vrolijke deuntjes maken.
Nou (ex)geuzenvelderinnen de groetekes van Marie-Anja