"Omdat ze dus nog geen huis hadden ben ik tot 1963 bij mijn opa en oma Bons in huis geweest op de Dr. H. Colijnstraat 130 1-hoog. (Volgens mij toch de tweede verdieping?)
Daarna logeerde ik regelmatig bij hun; als er weer zo'n logeerpartij zat aan te komen, sliep ik de nacht van te voren slecht van de opwinding. De treinreis naar Amsterdam duurde altijd te lang en als de bus dan de Ruys de Beerenbrouckstraat opdraaide kwam ik weer thuis! Wat was ik blij als ik achtereenvolgens weer rijschool Collewijn op de hoek zag, daarna de groenteboer/supermarkt op de volgende en dan de bakker in de straat waar ik moest zijn. Mijn ouders haalden daar dan altijd iets voor de koffie, waarna ik dan eindelijk als een speer naar het laatste portiek vloog om maar zo snel mogelijk boven te zijn bij opa en oma Bons."
"Het huis staat nog in mijn geheugen gegrift, het knopje in het portiek om de verlichting aan te doen en het mandje wat je tussen de trappen omhoog kon halen waren allebei geliefd speelgoed. Dan de voordeur met die ronde ruit waar mijn opa een bellenknop onder had gemaakt, met daarachter die (in mijn verbeelding) lange gang. Ik hoor in mijn herinnering nog steeds het speciale geluid als je de huiskamerdeur dichtdeed, vanwege al dat glas. De huiskamer met uitzicht op de Albardagracht, de kerk en de 2 of 3 ronde paviljoens waar ze dacht ik wel eens patat verkocht hebben. Dan daarachter het kleine kamertje wat vooral op donkere dagen nogal somber was vanwege dat kleine raam en als laatste de grote slaapkamer. Op het toilet hoorde ik altijd de treinen voorbij razen op het oudste stukje spoorweg van Nederland, omdat het klapraampje altijd openstond.
Ernaast hadden hadden mijn grootouders de eetkamer (wat een luxe) en dan kreeg je de badkamer met het lavet en de ingebouwde wasmachine en centrifuge, ook leuk speelgoed. Dat daar nog nooit ongelukken gebeurd zijn met water en elektriciteit, is iets wat me nog wel verwonderd. Als ik onder de douche ging en er dan eindelijk warm water uit die hoge metalen stang met douchekop kwam en ik niet gehinderd door enig douchegordijn lekker aan het spatten was, zat het water soms bijna tot in de lamp, tot blijdschap van mijn oma. Ja en dan de keuken met dat granieten aanrecht waar de meest lekkere rijsttafels bereid werden, lekker lekker!
Mijn opa had een snoer naar beneden getrokken naar de box (kelder zeggen wij in Rotterdam) voor verlichting en daar heb ik heel wat afgeknutseld."
Gepubliceerd: 26 oktober 2008
Lees ook deel 2 van dit verhaal