Haantjepik
Als ik foto’s van mijn vroegere buurt bekijk, waar ik opgegroeid ben, zie ik eigenlijk alleen maar mooie plaatjes. Foto’s gemaakt om later nog eens terug te zien hoe het was in de jaren ’40 en ’50. Maar als ik bij sommige nog eens goed kijk was het eigenlijk maar een troosteloze boel in die Staatsliedenbuurt. De Van Beuningenstraat spande wel de kroon. Deze straat was een eindeloze pijp van steen. Dat kwam ook door de bocht in deze straat, er kwam geen einde aan. Ook de J.M.Kemperstraat en de Van der Hoopstraat oogden als pijpenladen. En dan heb ik het nog niet over de Spaarndammerbuurt gehad. In mijn ogen en herinnering was het daar nog een graadje erger. Ik herinner mij de Polanenstraat als een zeer mistroostig oord waar het slecht toeven was. Een stille, mistige en onbetrouwbare omgeving. Waar je in de vroege avond als het schemerig was om je heen keek of je gevolgd werd, ja, God weet door wie. Je ging onwillekeurig je pas versnellen om er maar zo snel mogelijk uit te zijn. Ook herinner ik mij de vele waarschuwingen van mijn moeder: ‘Kijk uit voor Haantjepik’. Het verhaal wil dat je door deze Haantjepik werd meegenomen als je te laat op straat was. Dit gold dan speciaal voor kinderen van mijn leeftijd. Je moest op tijd binnen zijn anders liep het slecht met je af.
Niet bang meer
Nu ben ik niet meer verplicht om bij nacht en ontij door deze buurten te gaan. Dus doe ik dat bij voorkeur op een zonnige dag. Dan komt het wel heel anders over. Ik realiseer me ook dat ik toen waarschijnlijk op de verkeerde tijd en de verkeerde plek was. Dan krijg je dat soort dingen. Ook de waarschuwingen van mijn moeder komen na ruim 60 jaar nog helder door, maar ze hebben hun afschrikking verloren. Dat ik mij deze ‘nare’ momenten na zoveel jaar nog voor de geest kan halen, noem ik dan maar nostalgie.