Bij een logeerpartij van enkele dagen met twee van onze kleinkinderen vraag je je wel eens af: wat gaan we nu doen met ‘het spul’. De eerste dag waren we naar de film geweest in het Filmmuseum in het Vondelpark. Op de fiets, want het was mooi weer.
Autoloze zondag
De tweede dag was het verdorie weer mooi weer en autoloze zondag. Na enig beraad, en inspraak door de kinderen, besluiten we om een fietstocht door Slotermeer en Geuzenveld richting De Bretten te maken. De voorbereidingen werden getroffen, zoals vullen waterflesjes, enige snoepwaren en monteren van een kinderzitje achter op mijn fiets voor Mijke, de jongste. De oudste, Jelle, had zijn eigen fiets mee. Snel gooide ik onder het maken van een kruisteken nog een reparatiesetje voor lekke banden in de fietstas en drukte een fietspompje tussen mijn frame. Alles was klaar voor de ontdekkingstocht naar het onbekende. Jelle vindt het prachtig om door de stad te fietsen en Mijke zit met oma te keuvelen die achter ons rijdt.
Met de boot
Zoveel mogelijk de fietspaden volgend komen we door Amsterdam West aan bij de Haarlemmerweg hoek Australiëhavenweg. Na enige opvoedkundige waarschuwingen komen we ongedeerd aan de overkant. Net vóór het spoorviaduct slaan we rechtsaf, de steile dijk af, over een smal paadje naar een houten bruggetje. Daar gaan we lopend over en dan zien de kinderen een pontje liggen. Een pontje voor mensen die geen zin hebben om over het bruggetje te lopen! Jelle springt van zijn fiets en is er als eerste bij. Ik til Mijke uit haar stoeltje en ook zij is bij het vlotje. Naar mijn mening is ook hier een waarschuwing op zijn plaats: bij een val in het water dient men hard om opa te roepen en eventueel zijn zwemkunsten te tonen? Uiteindelijk ga ik ook een keer mee met Jelle op het vlotje. Oma maakt harde bewijzen met het fototoestel. We zijn hier twee uur zoet.
Geen verkeer
De kinderen hebben even genoeg van het vlotje en rennen naar de andere speelwerktuigen op het terrein, zoals schommels en klimrek. Dan gaan we verder op de fiets. Even verder, óver het spoorviaduct, bevindt zich nog een kabel- of tokkelbaan, ook voor kinderen. Weer afstappen en de tokkelbaan uitproberen.
De glijbaan is een beetje vies dus die laten ze links liggen. Jelle beklimt nog even de uitkijktoren en roept: er is in de verte niets te zien? Ik zeg: nou, dan gaan we daar heen. We gaan door De Bretten, langs de volkstuinen en langs de sportvelden van Spieringhorn richting Westerpark. Bij de kinderboerderij houden we een drink en snoepstop. Jelle en ik doen ook een sanitaire stop. Dan fietsen we door het Westerpark naar de drukke autoloze Haarlemmerdijk. Doordat er geen auto’s rijden, lopen veel voetgangers midden op de weg. Dom, want Jelle komt eraan. Hij is een mannetje dat zich graag aan de verkeersregels houdt net als zijn opa. Dat doen we om van een lang leven verzekerd te zijn.
Jordaanfestival
We fietsen bij het eind van de Haarlemmerdijk rechts de Prinsengracht op tot de Elandsgracht. Bij het politiebureau stoppen we. Hier is het Jordaanfestival losgebarsten. Dat komt mooi uit, we gaan even kijken naar de zangers en kopen via peperdure muntjes een ijsje en wat te drinken. Na het lied: ‘Er is een Amsterdammer doodgegaan’, begeven we ons weer naar de uitgang. Daar wil iemand naar binnen met een flesje bier wat hem niet lukt. Je mag er wel uit met bier maar niet er in. Wij zoeken onze fietsen en rijden de Kinkerstraat in. De kinderen worden stiller en zijn doodmoe. Na de Postjesweg en het Rembrandtpark zijn we thuis. Gelukkig is oma nog in staat om wat eten op tafel te zetten!