Vaak begin ik de dag met een lesje aerobics of shape op sportschool Palestra. Ik merk dat er een vaste groep sporters is die trouw de ochtendlessen volgt. Ik ben nieuwsgierig naar de verhalen van deze energieke sporters in West en Carla Moed wilde mij wel wat vertellen over zichzelf.
Carla is Italiaanse en komt oorspronkelijk uit Milaan, maar woont al ruim dertig jaar in Amsterdam. Zoals zo velen vóór haar heeft de liefde haar naar Nederland gebracht. In 1975 ontmoette zij haar man in een jeugdherberg in Italië. In 1977 zijn zij getrouwd en gingen in de Jordaan wonen. Omdat zij behoefte hadden aan buiten zijn, werd er vanuit de Jordaan menig fietstochtje gemaakt naar Amsterdam West, omdat het hier zo’n mooi groen gebied was. Na drie jaar Jordaan, verhuisde Carla naar een woning in de buurt van het Rembrandtpark. En na acht jaar Rembrandtpark werd het Slotervaart waar zij nu al twintig jaar woont.
Door de jaren heen heeft zij veel dingen zien veranderen in haar buurt. De kassen in Sloten werden de wijk Nieuw Sloten, het verkeer werd drukker, de bevolkingssamenstelling veranderde en bewoners gingen hun kinderen naar scholen sturen buiten de wijk. “Snap je dat nou”, zegt Carla, “terwijl de kwaliteit van de scholen toch prima was en nog steeds is.” Maar we gingen het nu hebben over sport, want volgens Carla is sport verslavend.
Carla is op latere leeftijd gaan sporten in een sportschool omdat zij steeds meer lichamelijke klachten kreeg en zich ook lusteloos ging voelen. “Er was een tijd dat ik bijna niet kon lopen, maar nu zijn alle klachten verdwenen.” Ook regelmatig naar de sauna gaan helpt. Door het sporten voel je je beter, je houding verbetert en je leert je ontspannen. Carla en ik zijn het erover eens dat de sfeer in de lessen erg prettig is. De instructeurs zijn goed en stellen je op je gemak. Je ziet dan ook na een poosje de sporters veranderen: zij leren zich ontspannen ook omdat het sporten op muziek samenhorigheidsgevoel geeft. “Hoe je eruit ziet is niet belangrijk, maar hoe je je voelt. Het gaat om je inzet. Als ik een paar keer niet geweest ben, ga ik ontwenningsverschijnselen vertonen”, zegt Carla, “en dan ben ik niet te genieten.”
Als ik aan Carla vraag of zij zelf aerobics instructeur zou willen worden, beaamt zij dit. Zij vindt lesgeven leuk. Zij heeft vroeger ook vaak les gegeven, bijv. Italiaanse les op Het Cultureel Instituut van Italië en in buurthuizen. Ook heeft zij met veel activiteiten op de school waar haar zoon zat meegedraaid.
Voor ons, de sporters, heeft zij ook vaak tips tijdens de les. Tip van Carla voor mij: “Trek je buikspieren in terwijl je aan het fietsen bent.” Heeft zij gemerkt dat dit een van mijn zwakke plekken is?
Natuurlijk komen we ook te praten over eten. Thuis kookt zij Italiaans en dat betekent: goede kwaliteit, vers, simpel, niet vet en olijfolie. De Hollandse pot vindt zij wel lekker en is zelfs dol op erwtensoep en rauwe haring, maar liever geen boerenkool.
Het was een leuk gesprek met Carla en terwijl ik naar huis fiets, probeer ik eraan te denken mijn buikspieren aan te spannen. Zou het dan toch nog goed komen met mijn slappe buikspieren, dankzij Carla?