In de dorpskern van Sloten zijn de Duitse militairen niet te missen. Rie van der Puij (1919-2014) woonde met haar ouders en broer Gerrit aan de Sloterweg nr. 1277, pal tegenover hun hoofdkwartier in hotel Modern. Toen had deze plek nog de glans van de Olympiade die zich voor de 2000 meter roeien in de Ringvaart afspeelde. De Australische roeiploeg logeerde er. In 1939-40 zitten er Nederlandse militairen, vanwege de mobilisatie, de voorbereiding op een mogelijke oorlog. Midden mei 1940 moeten ze plaats maken voor Duitse officieren. Ze vorderen eveneens de Nederlands-Hervormde pastorie aan de Osdorperweg 24. De gewone soldaten slapen op de zolder van het Rechthuis, dat tot 1951 op de plek stond waar nu het dorpsplein begint. Ook bij Rie thuis wordt een militair ingekwartierd. Het is een Tsjechoslowaak die gedwongen in dienst is en tot het eind van de oorlog zal blijven.
Joop Kool (1919) is bij het uitbreken van de oorlog zelf gemobiliseerd, in Breezand aan de Afsluitdijk. Zijn eenheid hoeft niet te vechten, de overvallers worden tegengehouden aan de Friese kant. Door de capitulatie wordt hij krijgsgevangene. Zijn eenheid wordt bewaakt door Duitsers op motoren en de mannen mogen het kamp alleen uit om de bollenboeren te helpen met tulpen koppen. Op 7 juni wordt Joop ontslagen uit dienst en kan hij terug naar Sloten. Er gaan dingen veranderen. De katholieke Jozefschool krijgt soldaten in de lokalen en veldkeukens op het plein. De keukens worden aangesloten op de elektriciteitskabels van de smederijen Olie en van Willigen aan de Sloterweg (nr. 1257 en 1203). De Duitsers laten daar ook hun paarden beslaan, die her en der gestald zijn. De Openbare School van Sloten krijgt eveneens soldaten in het gebouw. De school ligt achter het huis van de hoofdonderwijzer aan de Sloterweg 1216 en was te bereiken door een poortje.
Wat doen de militairen? Sommigen werken bij de Luftwaffe en zijn piloot of technicus. Anderen bedienen het luchtafweergeschut dat overal rond Schiphol staat opgesteld. Verder bemannen ze de controleposten op de Sloterbrug en langs de wegen. Dorpsagent Thomas de Klerk (1) vertelde dat de Duitsers ook koeien en motoren opeisen. Hij kon dat soms ongedaan maken. En soms was het handig om veel Duitsers in de buurt te hebben. Slagerij Kool zat tussen de twee smeden aan de Sloterweg die de elektriciteit aan de Duitse keukens leverden. Elektricien Dirk Brasser tapte in de Hongerwinter daarvan met één stop de stroom af.
(1) ‘Dorpsagent Thomas de Klerk’ in Huis-aan-huiskrant met buurtnieuws over Sloten-Oud Osdorp, augustus 1990
Dit is deel 2 van een reeks verhalen over de 2e Wereldoorlog. De verhalen zijn tot stand gekomen vanuit interviews die Pim Ligtvoet - van het Comité 4-5 mei Slotervaart - heeft gehouden met (oud)bewoners van de polders die nu tezamen Nieuw-West vormen.
Link naar rubriek waar alle verhalen 'Oorlog in West' bij elkaar komen te staan.