Van Eesteren op de bank

De eerste bewoners aan het woord

Verteller: An Noyon
7 Fans

De eerste bewoners van Slotermeer aan het woord: op 7 oktober 1952 werd tuinstad Slotermeer officieel geopend door koningin Juliana. Na bijna zestig jaar spreekt de Westerpost met de pioniers. Dit keer An Noyon, die er sinds 1953 woont.

An Noyon vertelt over tuinstad Slotermeer in de jaren vijftig  <p>Foto: Arnold Paalvast <a href="http://www.meerwaldt.nl">http://www.meerwaldt.nl</a></p>

An Noyon vertelt over tuinstad Slotermeer in de jaren vijftig

Foto: Arnold Paalvast http://www.meerwaldt.nl

Alle rechten voorbehouden

“De kinderen zeggen wel eens: 'An, wordt het niet eens tijd'. Maar ik wil hier niet weg. Ik woon er nog steeds heerlijk.” En lang. An Noyon verhuisde in 1953 vanuit de Vondelstraat naar het nieuwe Slotermeer. Het was de eerste tuinstad en de eerste bewoners, de pioniers, reppen allemaal over het vele zand, het speelparadijs dat het was voor de kinderen en de tram die niet verder ging dan het Bos en Lommerplein. “Dit huis heeft geschiedenis,” zegt An Noyon (1925). “En ik hou van geschiedenis. Ik heb dan ook een abonnement op het Historisch Nieuwsblad.” Haar huis is een rijtjeshuis. Vijf rijtjes van vijf werden er gebouwd aan de Burgemeester Vening Meineszlaan. Grote huizen voor die tijd. “Mijn schoonvader kocht het voor ons voor 13.000 gulden; hij vond dat we een grote moesten nemen. De garages waren voor tweeduizend gulden te koop, maar die kregen ze niet verkocht. Waarom zou je? Bijna niemand had een auto.” 

Dolblij
Het nieuwe deel van de stad werd door sommige Amsterdammers met argusogen bekeken, maar het jonge gezin Noyon zag er geen beperkingen in. “Wij hadden nooit het gevoel dat je ergens niet kunt wonen. Of er niet bij zou kunnen horen.” Ze waren wel wat veranderingen gewend, sinds de oorlog die zowel An als haar echtgenoot als jongvolwassenen hadden meegemaakt in Nederlands-Indië. “De wereld is voor mij groter dan Slotermeer en we waren dolblij met een eigen huis.” Hoe ze hun nieuwe omgeving vonden, wilde Westelijke Tuinsteden-ontwerper Cornelis van Eesteren weten en ging voor de VPRO-radio op bezoek bij de familie Noyon. “We wonen hier graag,” had de familie hem laten weten. “Men is buiten en heeft toch het gevoel in de stad te wonen. De bomen zijn nog wat laag,” vertelde An, toen moeder van twee en zoals de meeste vrouwen gestopt met werken, aan Van Eesteren. Een kanttekening hadden ze wel: alhoewel er voldoende speelruimte was voor de kinderen, was er te weinig voor de opgroeiende jeugd.

Handtekeningenactie
Maar er was wel sinds kort een verenigingsleven, door de familie Noyon en andere actieve bewoners opgezet, en dat stemde Van Eesteren goed. Immers, in zijn plannen was daarvoor ruimte gemaakt, maar de bouw van huizen, scholen en andere voorzieningen gingen in de praktijk voor. Het waren de bewoners zelf die het buurthuisleven oppakten. An Noyon: “Er was hier niks te doen, het maatschappelijk leven was nog niet op gang gekomen. We wilden graag een vestiging van Ons Huis, zoals in de binnenstad.” Het bestuur van Ons Huis juichte het initiatief toe en een handtekeningenactie onder bewoners maakte duidelijk dat er behoefte was aan een gemeenschappelijk onderkomen.

Wilt u weten hoe deze actie afloopt en wilt u de rest van het verhaal lezen? Klik dan hier.


Ook pionier?

Bent u ook een pionier? Woont u ook (ongeveer) vanaf het begin in Slotermeer of heeft u er toentertijd gewoond? U kunt Shirley Brandeis bereiken op 06 26 14 02 55 of via shirley@brandeis.nl. 



Met dank aan Arnold Paalvast die belangeloos en met veel liefde de pioniers in deze serie portretteert

Alle rechten voorbehouden

498 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe