Loes verheugde zich erg op het feit om herinneringen op te halen. Ook bracht zij foto’s mee en reclameblaadjes van de winkel. De buurtwinkel begon als ‘Langkamp en Meijer’ in de Van Speijkstraat 161 (nabij de Admiraal de Ruyterweg). Meijer was de naam van de familie en Langkamp was hun compagnon toentertijd. De winkel heeft hier van 1932 tot 1936 gezeten en Loes is in deze zaak geboren. In maart 1932 besloot de familie Meijer om alleen verder te gaan en heeft uiteindelijk in de Hillegomstraat (nummer 63) een pand kunnen vinden. Het toeval wil dat net na de verhuizing de zus van Loes in dit winkelpand is geboren. Zo zijn beide zusters ter wereld gekomen in een buurtwinkel. “De twee meegebrachte reclameblaadjes zijn de voorlopers van de huidige variant die je nu in overvloed in je brievenbus vindt”, vertelt Loes. Niemand wist meer van het bestaan van de blaadjes, totdat iemand deze langs bracht. Deze persoon zou gaan emigreren naar Nieuw-Zeeland en vond de papieren in een boek die hij lang geleden van vader Meijer had geleend. ‘Grappig, als diegene het niet had langs gebracht, hadden wij niet zo’n prachtig historisch fragment over buurtwinkels kunnen scannen anno 2011’.
Geen tijd voor thee
Vader en moeder Meijer waren nog jong toen zij het bedrijf startten, 29 en 24 jaar. Het werk in een buurtwinkel was erg zwaar. Er moest 6 dagen in de week gewerkt worden. Op zondag was het tijd voor schoonmaken en werkte pa of ma aan de boekhouding. Vakantie was ondenkbaar. “De moeders van mijn vriendinnetjes zaten na school altijd thuis met een kopje thee op hun kroost te wachten. Onder het genot van een koekje werd samen de dag doorgenomen; dit kon bij ons niet. Ik was daar wel eens jaloers op”. Tijdens de oorlog waren er voedselbonnen vanwege voedselschaarste. Dat was weer extra administratie. Het gezin had destijds ook veel Joodse onderduikers die korte tijd bij de Meijers verbleven voordat ze weer naar een ander adres gingen. Op de avond voordat Loes 10 jaar zou worden, hebben de bezetters vader Meijer opgepakt vanwege het verspreiden van de Amsterdamse verzetskrant De Waarheid. Er werd huiszoeking gedaan en Loes kan zich nog herinneren hoe enorm groot de ravage was die de Duitsers hadden achtergelaten.
Overleven dankzij de partijgenoten
Vader Meijer maakte wel af en toe tijd vrij voor de winkeliersvereniging.
De Meijers waren politiek zeer geëngageerd, ze waren lid van de communistische partij. Het gezin heeft in 1936 eens een keer met hun winkel meegedaan aan een film van de communistische partij over de Amsterdamse middenstand. In 1956 na de Russische inval in Hongarije, liepen de anti-communistische gevoelens hoog op in Nederland. Veel klanten keerden de winkel de rug toe. Buurtwinkel Meijer overleefde dankzij de partijgenoten. In de Waarheid, waarin Meijer adverteerde, stond de oproep: koopt bij onze adverteerders. Dat betekende wel dat vader Meijer op zijn transportfiets de hele stad door moest om her en der bij communistische gezinnen boodschappen te bezorgen.
Geen toekomst voor de zaak
“Ik moest soms ook wel eens meehelpen in de winkel. Als er dan iemand 5 minuten voor sluitingstijd binnenkwam, vroeg ik diegene het pak suiker verderop te halen. Dit namen mijn ouders me niet erg in dank af”, zegt Loes met een stiekeme lach, “Ik en mijn zus peinsden er niet over om de winkel over te nemen. Ik had daar absoluut geen zin in, veel te hard werk. Daarnaast zagen wij er beiden geen toekomst in, vanwege al die grote supermarktketens die toentertijd als paddenstoelen uit de grond schoten”. Ongeacht wat de kinderen er voor een mening op na hielden, zijn de ouders van Loes altijd zeer trots geweest op hun winkel. Uiteindelijk heeft de buurtwinkel in de Hillegomstraat nog tot 1970 bestaan.