Ze is geboren in de winkel. Echt waar. Marike (1955): “De winkel was vroeger kleiner; een deel van het pand was onze woning. Ik ben dus letterlijk in de – huidige - winkel geboren.” Het was 1947 dat haar vader (afkomstig uit het Groningse Bierum) in de toenmalige boekwinkel Vermeulen als knecht begon. In 1953 nam hij de zaak – toen ook inclusief een kleine bibliotheek - over. Marikes ouders trouwden een jaar later. “Mijn moeder woonde schuin aan de overkant, tegenover de Pniëlkerk. Op de toneelvereniging leerden ze elkaar kennen.”
Soms vervelend
Marike Omta werd ruim 54 jaar geleden geboren aan de Bos en Lommerweg 227. Ze is een van de drie kinderen Omta die in en rond de boekwinkel opgroeiden. “Op de hoek zat De Gruijter, Stam zat naast ons, café ’t Lommertje verderop had nog een snackbar erbij, onder de poort. Er zat een Spar aan de overkant.” De naam Omta kwam in 1963 op de gevel en staat er sindsdien. “Natuurlijk was ik trots op de winkel en was het leuk dat iedereen wist wat je vader voor werk deed. Maar soms was het wel vervelend. Werd je nageroepen: hé Omta, jij bent toch van die boekhandel!” De winkel was drukbezocht. Veel tijd om de schooldag met de kinderen door te nemen was er niet. Daar was oma voor; zij woonde nog altijd schuin aan de overkant. Maar graag hielp Marike ook mee in de zaak. Later zou ze boekenverkoopster worden, wist ze al heel jong.
KLOS
Het werd kleuterleidster. “Ik had mijn vader al die jaren dag en nacht zien werken. Tijd voor vakantie was er niet. Het was altijd die zaak. Ik wilde graag ook tijd hebben voor andere dingen. En studeren zag ik al helemaal niet zitten, al was ik op de lagere school de beste van de klas. Daar had ik echt geen zin in.” De KLOS leek haar leuk – de KleuterLeidsters Opleiding School – tot verdriet van haar ouders die haar liever tussen de boeken zagen of dan op zijn minst als juf op de lagere school. Maar Marike koos voor het kleuterjufvak, zonder spijt. Goede herinneringen heeft ze aan haar eerste baan. Het staat in het geheugen gegrift: 24 november 1975 begon ze op de J.J. van Noortschool in het centrum, aan de Passeerdersgracht. “Het was een dag voor de onafhankelijkheid van Suriname. Er kwam een extra klas bij, zoveel Surinaamse kinderen stroomden er in.” Af en toe ziet ze nog een volwassen geworden snoet voor zich. ‘Dag juf Marike’ hoort ze dan. Laatst herkende ze kleine Nancy. Lachend: “Dat kleine meisje van toen is nu manager!”
Een echte kleuterleidster, zo omschrijft ze zichzelf. “Kleuters moeten spelen, dan leren ze het meest.” De nieuwsgierigheid van de jonge kinderen, de vragen die ze stellen, dat trekt haar aan. Maar aan de andere kant trok toch ook de boekwinkel. “Ik dacht wel altijd: als pa stopt, neemt niemand de zaak over. Dus maakte ik in 1981 de overstap en haalde mijn diploma’s. Daar was ie natuurlijk ontzettend blij mee. Het werk vond ik ook wel leuk, hoor. En ik ben dol op boeken; nam de allerleukste exemplaren altijd mee naar mijn kleuterklas. Maar zo druk als hij het had, daar wilde ik voor waken.” In 1990 nam ze de winkel over, de familienaam kon op de gevel blijven staan. Het brede assortiment bleef, al werd de afdeling kinderboeken onder leiding van de oud-kleuterjuf groter, uiteraard.
Het gezicht
Ook in 1997 toen schoonzus Anita winkeleigenaar werd, kon de naam op de gevel blijven prijken. Omta was toen al bijna 35 jaar een begrip in de buurt. “Anita kenden we via de kerk. Ze kreeg verkering met mijn broer en kwam meehelpen in de zaak. Later heb ik het aan haar kunnen overdragen en draaiden de rollen om. Ik werk nog iedere middag in de winkel. De afwisseling is het prettigst aan het werk. Ik maak de etalage, help klanten, ruim op, bestel.” Nog altijd is ze het gezicht van de zaak, maar Marike Omta is inmiddels meer dan ‘die van de boekhandel’. Ze zit in de Kerkenraad van de Augustanakerk, is voorzitter van de Voedselbank, is betrokken bij het Bos en Lommer interreligieus Beraad, was secretaris van de winkeliersvereniging en ze is politiek betrokken. Meerdere keren werd ze vanwege haar vrijwilligerswerk geëerd. Drie stadsdeelspelden mocht ze in ontvangst nemen, in 2005 werd ze uitgeroepen tot Vrijwilliger van het Jaar. “Ik ben niet bescheiden, maar ik vind het soms wel genoeg. Er zijn nog zoveel andere mensen die zich als vrijwilliger inzetten voor de buurt.” De reden van al dat vrijwilligerswerk: ze wil dat bewoners zich hier thuis voelen, zoals zij dat doet. Beter een goede buur dan een verre vriend. “Als tiener vond ik het hier ontzettend saai. Nu vind ik het met die diversiteit en de sfeer heerlijk om hier te wonen.”
Onwerkelijk
Het zwaard van Damocles is gevallen, dacht ze toen ze hoorde dat schoonzus Anita en broer Cor met de winkel wilden stoppen. Vader hoeft het niet meer mee te maken, dat scheelt, maar ook voor de kinderen zal het een emotioneel moment zijn straks in maart. Marike: “Het is nu nog onwerkelijk. Ik ben benieuwd hoe het voelt als er straks andere mensen in de winkel staan.” Opvolging in de familie is er niet – alle kleinkinderen van vader Omta zijn nog te jong – dus een nieuweling is welkom. Marike gaat terug naar haar oude roeping. Straks staat ze weer voor de klas. Bij de kleuters. “Ik was een goede kleuterleidster, ik denk dat ik dat wel weer kan worden.”