Opa’s Hofje in de Jordaan 2

7 Fans
Amsterdam
Hofje in de Westerstraat Foto: Beeldbank van het Stadsarchief van de gemeente Amsterdam

Hofje in de Westerstraat Foto: Beeldbank van het Stadsarchief van de gemeente Amsterdam

Alle rechten voorbehouden

Hoewel dit verhaal in twee delen zich in de Jordaan afspeelt is het zo authentiek dat het de bezoekers aan het Geheugen van West niet onthouden mag worden. Bovendien komt het van ver weg en schetst het een prachtig tijdsbeeld.
(En er is geen Geheugen van het Centrum!)

Naast de kachel aan de andere kant van de kamer was een houten kolenbak, met een houten deksel. Daarnaast was de bedstee. Met twee klapdeuren die de bedstee uit het zicht hielden. Ging je nog verder dan vond je een plee met een houten deksel. Het was belangrijk om de deksel, na gebruik, weer op de plee te plaatsen. Mijn moeder vroeg me altijd “Heb je de deksel terug gedaan?” Tegenover de plee, die eens per twee weken geleegd werd, was een gootsteen met een waterleiding die aan de muur bevestigd was, niet weggewerkt in de muur. Ook de draden voor het licht lagen op de muur, niet in de muur. In de ruimte waar de kleine gootsteen was, was ruimte voor een oliestel en niet veel anders. Volgens mij, als jong kind van tien, was deze grote kamer ruim genoeg voor twee mensen. Volgens mij werkte grootvader niet, ik wist ook niet wat hij deed op jongere leeftijd voor de oorlog. Vader vertelde me dat opa werkte als winkelbediende in een zaak die huishoudelijke artikelen verkocht.
Tegen de tijd dat we weer naar huis gingen was er altijd iets leuks gaande dat ik beslist niet wou missen. Opa had geen horloge en geen klok. Ook mijn vader had geen horloge en zeer zeker mijn Moeder niet. We wisten dat de bovenbuurman een klok had. Als die klok luidde in zijn huis kon je iedere slag goed horen en meetellen. Als het te lang duurde voor de klok weer het hele uur aankondigde, deed Opa het volgde. Kennelijk was dit zijn normale manier om uit te vinden hoe laat het was. Toen ik het de eerste keer mee maakte vond ik het enorm leuk en keek ik er naar uit om dat weer mee te maken. Opa, zonder zijn stem te verheven, riep “Arie, hoe laat is het?” Je kon de bovenbuurman door het plafond heen horen “Tien minuten voor drie”. Opa bedankte hem.
Toen ik ouder werd waren er steeds minder bezoekjes aan opoe en opa. Ik verhuisde naar California om niet terug te komen naar het hofje tot in 1988. Er was nu een deur in de Westerstraat voor het poortje. De deur stond open wat me een kans gaf om de binnenplaats te bekijken, maar ik had toen geen gelegenheid om het interieur te bekijken. Misschien zou het me teleurgesteld hebben als ik de kans had gehad om het interieur weer eens te zien. Als je nu terug denkt naar die tijd dan was het beslist niet de beste manier van wonen. Maar het leek er op dat opa en opoe tevreden waren met hun woning. Het was goedkoop wonen. Als kind had ik een warm gevoel voor de visites en nu zo’n zestig jaren later is erg nog steeds een warm gevoel voor de Jordaan en zijn oude woningen met veel karakter.

Raymond Renardel de Lavalette, Bernice, Californië, USA


Lees hier deel 1 van dit verhaal.

Alle rechten voorbehouden

841 keer bekeken

Joop Komen

Bedankt

Nogmaals bedankt Raymond voor je plastische beschrijving.
Ik hoop hier nog vaak van je te lezen.