Na het voor mij bekende gezegde: “Jongen ga je mee?” was het afwachten, welke richting deze zondagse wandeling zou gaan. Gingen we vanuit de Eerste Houtrijkstraat richting de Spaarndammerstraat, dan wist ik wel. Het werd nu een rondje over de Westdoksdijk. Na de Spaarndammerstraat te zijn overgestoken moesten we eerst naar de brug over de Houtmankade bij de van Diemenstraat.
Daar kon je op verschillende manieren naar toe. Je kon via de Noortkade, langs het Wester-Suikerfabriek, wat wel een naargeestige route was. Het was een echte industriekade. Wel verhaalde mijn vader dan over mijn opa die ver voor de oorlog als suikerbakker op het suikerfabriek had gewerkt.
Je kon ook de Spaarndammerstraat verder aflopen ( langs nummer 100, zo noemde mijn vader het politiebureau’) naar de Tasmanstraat of naar de Nova Zemblastraat. In de Tasmnastraat keek je uit over de ‘houthavens’ met grote loodsen waarin het hout opgeslagen lag.