Met drukkerij Senefelder ben ik zo ongeveer opgegroeid. Mijn tante Trees (van Puffelen), de zuster van mijn moeder, werkte daar ruim veertig jaar op de binderij. Als kleuter mocht ik met haar mee naar het jaarlijkse Sinterklaasfeest. Later vergezelde ik mijn vrijgezelle tante naar de Paasbingo, in de kantine. Tonnie de Lang, in het dagelijks leven bedrijfsleider, maakte van het noemen der nummers een conference. Dat ik daar ooit zelf zou werken, was toen nog niet bij me opgekomen.
Toch kwam ik na het afmaken van mijn ULO en een bezoek aan het arbeidsbureau in het grafische vak terecht. Er werd een leerling filmmonteur gevraagd en dat leek me wel wat. Film sprak me aan en ik zag me de ene na de andere speelfilm al monteren, echt iets voor mij, maar bij een drukkerij op industrieterrein Riekerhaven, deed het me wel de wenkbrauwen fronzen. Toch maar solliciteren bij drukkerij Printex, gespecialiseerd in het drukken van bladmuziek. Veertien dagen hield ik het vol, ik vond het daar niks en tante Trees kwam me vertellen dat ik bij Senefelder een leuker baantje kon krijgen.
Op de afdeling ‘lithografie’ kwam ik terecht. Leerling van Kees Mars, twee jaar lang stond ik dag in dag uit in de donkere kamer om ‘contactafdrukken’ te maken. Niet helemaal, één dag in de week volgde ik op de grafische school de opleiding tot ‘vlakdrukmonteur’. Het was een leuke afdeling. Met elkaar zorgden we dat de drukpersen bleven draaien. Op die afdeling werden de voorbereidingen getroffen, waarvan de drukvormen werden gemaakt. Voor reproducties van schilderijen, etiketjes van Nutricia en de Betuwe, folders voor Persil en Time-Life en atlassen. Ik kreeg daar ook een aanvullende culturele opvoeding. Door bijvoorbeeld een personeelsfotoclub, met periodiek een opdracht, die dan in de kantine werden tentoongesteld.
Op de afdeling fotografie, stond een vergrotingskoker, die ik gebruikte om mijn inzending te maken. Soms deed ik dat ’s avonds, als ik een keer niet hoefde over te werken. Tot ik op een keer ’s ochtends door directeur Jacobson werd opgewacht. De avond te voren was er gewaarschuwd door de overburen in de M.H. Trompstraat, vanaf de bovenste etage hadden zij een waterval geconstateerd. Uit onderzoek bleek dat er een ontwikkelbakje op het pijpje van de overloop in de waterbak terecht was gekomen, het water kon zodoende niet meer via de afvoer weg. Het zocht daarom zijn weg langs de buitenmuur. Omdat aan die kant de meterkasten stonden had er wel brand kunnen ontstaan. Het foto’s vergroten was hiermee voorbij.