De koek is op, deel 2

Leven van de bijstand

Auteur: Jan Wiebenga
6 Fans
Staatsliedenbuurt

Bij het opruimen van zijn zolder vond Jan Wiebenga in het schoolblad ZIP van zijn zoon een artikel uit 1993 over de Staatsliedenbuurt, de buurt waar Jan is geboren. Het geeft een prachtig tijdsbeeld van begin jaren `90. Het artikel, geschreven door Claudia Dekkers, is door Jan bewerkt en wordt in 3 delen gepubliceerd. In dit tweede deel een interview met Marlijn die rond moet komen van een bijstandsuitkering.

Van Limburg Stirumplein, café ‘de Gruyter', voorheen café ‘Tramlijn Begeerte’. Bron: foto gemaakt door Jan Wiebenga op 19-2-2014

Van Limburg Stirumplein, café ‘de Gruyter', voorheen café ‘Tramlijn Begeerte’. Bron: foto gemaakt door Jan Wiebenga op 19-2-2014

Alle rechten voorbehouden

Tramlijn Begeerte
Het Van Limburg Stirumplein, hartje van de Staatsliedenbuurt. Om de tien minuten komt de tram knarsend tot stilstand en spuwt mensen uit, om vervolgens weer anderen op te slokken. In de coffeeshops rond het plein worden, al vóór het middaguur, geurende joints doorgegeven. Het straalt van het gezelschap af, dat ze die dag niet aan grootsere zaken zullen toekomen. Achter de ramen van café ‘De Begeerte’ zitten klanten achter een kop koffie, of een eerste biertje. Ze staren in een krant, of bekijken de passagiers die de tram op het winderige plein heeft achtergelaten.
In één van de zijstraten van het plein, driehoog in een vervallen pand met verveloze kozijnen, woont Marlijn (22) met haar 15-maanden oude baby Ciska. Ze bewoont een kleine etage. Een kamer met een open keukentje, de slaapkamer met schuifdeuren van de woonkamer afgeschermd. De vensterbanken zijn vrolijk rood geschilderd. Op de grauwe muren zijn figuren geschilderd die de bruine vochtkringen niet kunnen verbergen. Het is gezellig en rommelig in de kamer, overal slingert kleding en speelgoed.

Weinig luxe
“Ik studeerde Sociale Geografie totdat ik twee jaar geleden zwanger raakte. Ik ben toen gestopt met mijn studie. Ik zag niet hoe ik die met de zorg voor mijn dochter kon combineren. Sure, ik ben getrouwd. Met een Spanjaard. Maar hij reist het grootste deel van het jaar rond in Europa. Ik ben degene die Ciska opvoedt."
Marlijn ontvangt voor haarzelf en de baby een bijstandsuitkering van 1585 gulden per maand (daar moet de ziekenfondspremie nog van af). “Ik kan het net redden met dat geld. Ik betaal maar 250 gulden kale huur voor mijn woning, daar heb ik geluk mee. Ik hoef ook geen kinderopvang te betalen, want ik ben thuis met Ciska of neem haar mee als ik ergens naar toe ga. Ik maak zelf kleding en krijg ook altijd wel kleertjes of speelgoed van kennissen, of ik ga de markt op. Grote uitgaven kan ik natuurlijk niet doen.”
Marlijn heeft geen televisie en kranten leest ze nauwelijks. “Ach, als er echt iets belangrijks gebeurt, hoor ik het wel van anderen.” Ze haalt haar tengere schouders op. “Sure, ik weet dat er plannen zijn om de uitkeringen te korten. Als dat gebeurt, zie ik niet hoe ik het moet redden. Werken is voor mij geen optie. Ik heb er bewust voor gekozen bij mijn kind te zijn. En al zou ik een baan nemen, dan moet ik kinderopvang betalen. Ik zou er per saldo niets mee opschieten. Of ik zou heel veel geld moeten verdienen, maar dat zit er niet in. De enige luxe die ik mezelf nu toesta is een telefoon, en soms wat boeken. Dat zal dan wel afgelopen zijn, hè?”

Vuurspektakel
Mijn oog valt op een ingeklapte poppenkast. “Mijn hobby is straattheater”, bevestigt Marlijn mijn vermoeden. “Poppentheater, vuurspektakel, jongleren, noem het maar op. Deze winter wil ik met mijn man meereizen, met een camper door Hongarije en Tjechoslovakije. We zullen de kost met straattheater verdienen. Sure, Ciska gaat mee natuurlijk.”
Ciska laat met een klaaglijk gehuil weten dat ze zich verwaarloosd voelt. Marlijn pakt de baby op schoot en geeft haar de borst. Ze staart een moment naar buiten. “Weet je, het liefst zou ik altijd zo willen leven. Rondtrekken, zelf ons kostje verdienen. Maar het is niet reëel. Er moet een financiële basis zijn, een kind heeft die zekerheid nodig. Ciska zal op een dag toch naar school moeten. Wat wacht ons als we volgend jaar in Amsterdam terugkomen? Krijg ik dan voldoende uitkering? Kan ik later misschien gaan werken als Ciska naar school gaat? Is er dan wel werk voor mij?” Marlijn haalt het kind van de borst en schikt haar trui. “Ik probeer me niet teveel zorgen te maken over later, maar ja, het spookt wel door mijn hoofd …”
(wordt vervolgd)

Februari 2014
Marlijn woonde in een van de zijstraten van het plein, maar welke stond er niet bij. De toen 15-maanden oude baby Ciska zal nu 19 jaar zijn. Van beiden geen teken van leven gevonden. Misschien moet ik in Spanje of Hongarije zoeken.

Nawoord van de redactie: ZIP was een uitgave van de School voor Journalistiek en Voorlichting. De auteur van het oorspronkelijke artikel, Claudia Dekkers, was niet meer te traceren. Het colofon van ZIP vermeldt dat er geen bezwaar is tegen overname van het artikel.

Alle rechten voorbehouden

674 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe