“Dat gaf niks, hoor”

Verteller: Ber Kuiper
7 Fans
Osdorp
Ber Kuiper De vitale 100 jarige uit Osdorp.<br />Foto: Shirley Brandeis, 6 maart 2008

Ber Kuiper De vitale 100 jarige uit Osdorp.
Foto: Shirley Brandeis, 6 maart 2008

Alle rechten voorbehouden

Gewoon doorgaan met ademhalen, zo word je honderd jaar. Ber Kuiper werd op 1 maart 1908 in Oudorp bij Alkmaar geboren. Hij vertelt in zijn woning in het Leo Polak.
“Tja, je krijgt het cadeau, zo’n leeftijd. Ik ben nog redelijk gezond en mag alles eten. Alles smaakt me ook, dat heb ik van huis uit geleerd. Ik zit nu nog vol energie. Ik moet uitkijken dat ik niet te hard loop.”

Zuchten
“In de zevende klas ben ik van school gegaan. Ik was toen dertien en ben op het land bij mijn vader gaan werken. Plantjes aangeven, plantjes zetten. Spelenderwijs raakte ik vertrouwd met de groenten. Maar begin jaren dertig ging het slecht. Toen ik over een groentewinkeltje in de Dusartstraat in Amsterdam hoorde, ben ik daar op afgestapt en ben ik groenteboer geworden, met mijn vrouw Guus en een loopjongen. Ja, ik liep in het begin met open mond door de stad. Dat stadsleven, dat was zo anders. Ik zeg altijd: je moet in de wereld leven zonder van de wereld te zijn. De Pijp was een gezellige buurt met veel gewone burgermensen. Er woonden gemeentewerkers, stratenmakers, vuilnismannen. Met de handkar ging ik naar de veiling, naar de pakhuizen met groente- en fruitgrossierders aan de Marnixstraat. Soms was ik daar dan wel om zes uur ’s ochtends aanwezig, dan de hele dag in de winkel en ’s nachts schoonmaken. Dat gaf niks, hoor. Dat werken, dat was je gewend. Een paar diepe zuchten liet je en dan was het weer over ...”

Tweederde
“Ik heb negenendertig jaar de winkel gehad. Mijn dochter hielp in de zaak en toen zij ging trouwen, kwam er een opvolger en kon ik eruit. We konden boven de winkel blijven wonen, maar toen we wat ouder werden, wilden de kinderen dat we dichter bij hen in Osdorp kwamen wonen. In 1994 hebben ze ons hierheen gehaald. Dat gaf niks, hoor. We woonden prettig aan het Dijkgraafplein, in een van die lage huisjes. Mijn vrouw overleed aan het eind van dat jaar. Ruim drieënzestig jaar waren we getrouwd. Dat is tweederde van een mensenleven! We leerden elkaar kennen tijdens een uitvoering. Een pittige meid was ze. Mijn neef bracht de ene naar huis en ik stelde voor haar naar huis te brengen. Zo ging dat toen. Ze had gerust mogen blijven, ja. Maar ja, daar doe je niks aan, dat moet je aanvaarden. Ze was 86, maar dat is te jong.”

Gekkenhuis
“Omdat de woning gesloopt werd, moest ik drie jaar geleden verhuizen. Ik heb het in het Leo Polak goed, hoor, maar als het niet had gemoeten, woonde ik nog op mezelf. Gek eigenlijk. Ze willen ouderen zo lang mogelijk zelfstandig laten wonen en dan slopen ze je huis onder je kont vandaan. Het is een gekkenhuis tegenwoordig. Neem die vuile lucht. Auto’s moeten schoner worden, maar ze leggen wel drempels aan, zodat al die auto’s steeds moeten remmen en de lucht vervuilen. Gekkenhuis, ja. Geestelijke armoede heerst er, mensen zijn angstig. Ze noemen het welvaart, maar de kerken zijn leeg en de gevangenissen vol. Ik ben een kluizenaar en dat bevalt me prima. Ik lees, leg een kaartje, eet mijn eten op mijn kamer. Dat vind ik prettig. De anderen kunnen zo zeuren over het eten. Dan tillen ze de deksel op en mopperen. ‘Moet je de deksel er anders afhalen!’ roep ik dan, haha.”

Deel van interview in de Westerpost.
Gepubliceerd: 12 maart 2008

Alle rechten voorbehouden

562 keer bekeken

Bezoeker

gefeliciteerd !

Gefeliciteerd met uw schitterende leeftijd en nog vele jaren meer erbij. En dat zonder macrobiotische eetgewoonten, ochtendgymnastiek of andere moderne aanpraterijen ?
Toch zou ik wel willen weten of u een speciale leefwijze heeft !