Herinneringen van een 'oudgediende' Diender (2)

Verteller: Barteld Plenter
6 Fans
Slotermeer

Het Politiebureau Lodewijk van Deysselstraat is halverwege 1956 gereed gekomen. Het bureau was ontworpen door een vrouwelijke architect, waarvan de naam helaas door mij niet terug te vinden was op Internet, en (sorry dames) dat was te merken ook.

Lodewijk van Deysselstraat 16 Politiebureau (rechts) en gebouw van de PTT.<br />Foto: Beeldbank van het Stadsarchief van de gemeente Amsterdam.

Lodewijk van Deysselstraat 16 Politiebureau (rechts) en gebouw van de PTT.
Foto: Beeldbank van het Stadsarchief van de gemeente Amsterdam.

Alle rechten voorbehouden

Onze fietsen bijvoorbeeld moesten worden gestald in een kelder. Maar om de kelder met de fiets binnen te komen was er een gootje gemaakt langs de trap. Edoch … dit gootje zat áchter de toegangsdeur, erg moeilijk dus, zo niet onmogelijk om die te bereiken met je rijwiel. De architect die het Politiebureau had ontworpen was dus helemaal niet op de hoogte van het Politieleven.

Koffie?
Als nooduitgang voor de kamers op de eerste etage was aan het einde van de gang een ijzeren trap aangebracht zoals je ze ziet in duikboten, dus met een luik, waardoor je naar beneden moest komen. Men was echter vergeten dat op de kamers op de eerste etage vaak wat oudere collega’s werkten, die wat stijver waren en ook wat meer gevulder rond de heupen. Gelukkig is er bij mijn weten nooit als vluchtweg gebruik van gemaakt en gelukkig maar. De wachtkamer, waar de agenten hun rust moesten doorbrengen was niet voorzien van iets waar koffie gezet kon worden (één van de eerste levensbehoeften van een diender).

Brood met arrestant
Ervóór was een ruimte voor het personeel ingericht welke als droogkamer was bedoeld voor natte kleding. Hier was dan wel een koffiezetapparaat geplaatst maar er was geen ruimte over om te zitten en je brood op te eten, daarvoor moest je weer naar de wachtkamer. Ook was er geen plaats om arrestanten die even moesten wachten, tijdelijk onder te brengen, ze moesten in de wachtkamer plaats nemen op een bank tegen de muur. Deze arrestanten, soms dronken, soms agressief, vaak beide, zaten dus over je schouder mee te kijken wat je op je boterhammetje had.
Gelukkig werden er later een paar hokjes met glazen deuren (van draadglas) gemaakt.

Kaarten
En nog weer later werd er een koffiebar in de wachtkamer gemaakt met een heuse koffiemachine, een hele vooruitgang dus.
Overigens was het meestal wel gezellig in de wachtkamers bij de Politie. Toen ik aan het bureau Raampoort (Marnixstraat 148) begon, was het eerst wat mijn oudere collega’s vroegen, ”Kun je kaarten?”. Ik werd haast geprest (sic) om te leren kaarten. Want ze hadden vaak een vierde man nodig bij bv. Klaverjassen, kraken en dan natuurlijk pandoeren,…. Ja, ik had “het spelletje” al snel onder de knie. Ook aan de Lodewijk werd driftig gekaart. Dit ging altijd om heel kleine geldbedragen. Ons salaris liet niet toe dat er zwaar werd gegokt. Als voorbeeld moge dienen dat mijn eerste maandsalaris (gehuwd, met 2 kinderen) een bedrag was van 298 gulden. Het tweede jaar was dat verhoogd tot 310 gulden. Geen vetpot dus die eerste jaren.

Bijbaantjes
Geen wonder dat er door diverse dienders een bijbaantje werd gezocht en gevonden. Zo heb ik diverse kamers behangen in Amsterdam. Dit, aanvankelijk als hulp van een professionele behanger. Later als “zelfstandig” behanger. Verschillende collega’s gaven autorijles bij een rijschool. Dit heb ik ook en paar jaar gedaan. Dan gaf ik rijles op mijn doordeweekse vrije dagen rijles bij rijschool Compier overigens allemaal volledig legaal. Later werd de salariering wel wat beter, nadat we door minister Toxopeus , destijds minister van Binnenlandese zaken en 50 gulden per maand bij kregen. Maar het pandoeren heb ik nog steeds niet verleerd. Vaak kaart ik op dinsdagmiddag op de “soos” van gepensioneerde politiemensen nog een potje met o.a. Gerrit Rootselaar een van de oudgedienden van de Lodewijk.

Terug naar de Lodewijk en zijn architectuur dus ...
Lees hier het vervolg van deel 2

Gepubliceerd: 28 mei 2008

Lees ook - Herinneringen van een 'oudgediende' Diender, deel 1 en - Herinneringen van een 'oudgediende' Diender, deel 3.

Alle rechten voorbehouden

1569 keer bekeken

9 reacties

Voeg je reactie toe
Joke

Wat leuk

Wat leuk dat U mijn vader heeft gekend.
Inderdaad heeft hij 10 keer de vierdaagse gelopen met heel veel plezier tot hij vanwege zijn slechte rug niet meer mocht en dat vond hij erg jammer.
Ik weet ook nog goed dat toen hij 54 jaar was de pensioen leeftijd verlengt werd naar 60 jaar en dat was wel even slikken voor hem, nog 5 jaar extra maar hij heeft wel altijd met plezier gewerkt.
Toen destijds fietste de politie nog en ik zat op de Mulo bij de Sloterplas en
als hij dan langs fietste bleef hij even staan tot dat ik hem zag en dan eventjes zwaaien. Heel lief.
De laatste jaren heeft hij veel avond werk gedaan in het centrum waar hij het héééééél erg leuk heeft gehad.
Mijn vader is 72 jaar geworden.

Bart Plenter

Brigadier Nagel

Wat een toeval dat ik nog eens op deze site kwam kijken Joke.
Natuurlijk heb ik jou vader gekend. Hij was brigadier-wachtcommandant aan de Lodewwijk Van Deijsselstraat toen ik werd overgeplaatst naar de recherche. Jou vader was toch verwoed wandelaar die meedeed aan de Vierdaagse. Ik meen me te herinneren dat ik hem eens heel vroeg tegenkwam tijdens één van zijn trainingstochten op de (oude) Oasdorperweg. Overigens was Brigadier Nagel een erg geliefd ,aimabel persoon .
Groetend, Bart Plenter

Joke

Arie Nagel

Heeft U mijn vader Arie of Simon Nagel uit de Jacob Cabeliaustraat ook gekend?

Hij heeft ook jaren op dit bureau gewerkt en ook in Tuindorp Oostzaan geholpen met de reddingswerk en er een penning voor gekregen.

In 1972 is hij op 60 jarige leeftijd met pensioen gegaan.

Bezoeker

Rijles

Natuurlijk heb ik de door jou genoemde collega's gekend. Bouke Folkertma was evenals Bertus Stegeman een fijne collega.

Okko Steensma

Rijles (afzender)

Ik was te snel met enteren. Vorige reactie was
van:

Bezoeker

Rijles

Toen ik 18 jaar werd in 1971 kreeg ik van mijn ouders mijn eerste rijles als verjaardagscadeau. De rijles vond plaats bij autorijschool Folkertsma. Dit bleek ook een collega diender van mijn vader te zijn die zijn eigen rijschool had. Ik leste in een VW kever en betaalde daarvoor in die tijd Fl. 15,- per uur. Na een half jaar moest Folkertsma helaas - volgens zijn zeggen - het tarief met 0,50 cent verhogen. Bij afwezigheid van Folkertsma werd het lesuur overgenomen door de Stegeman (ook een diender). Als Stegeman naast mij zat voelde ik mij een kleine jongen, zo lang was die man. Hij paste maar nauwelijks in de Kever. Het lessen bij Folkertsma verliep altijd rustig. Geen haast , tijdens de vakantie geen les en ook niet het examen direct aanvragen. Ik heb ongeveer 8 maanden gelest en ben gelukkig in een keer geslaagd.

Bezoeker

Plak

Klopt Okko,
mijn vader is ook in het bezit van die Plak brons... (of zoiets) als kind vond ik het een geweldig ding... het betekende dat je vader een Held was... ik heb hem dan ook vaak aan mijn vriendjes laten zien, gelardeerd met de nodige heldenverhalen natuurlijk. Hij heeft het aandenken nog steeds.

Okko Steensma

Herinneringen van een 'oudgediende' Diender

Pieter, Barteld,

Schitterende verhalen. Ook die van het reddingswerk in Tuindorp Oostzaan natuurlijk. Ik kan mij herinneren dat mijn vader daar ooit een penning voor heeft gekregen. Wat hij daar precies gedaan heeft dat weten we niet meer. De penning was volgens mij een ronde bronskleurige plaque in een houten doosje waar het dekseltje op geschroefd zat. Het aandenken moet nog ergens liggen denk ik. Sommige zaken in je verhaal zijn voor mij heel herkenbaar. Die autorijles bijvoorbeeld. Mijn vader gaf ook rijles in die tijd. Ook heb ik ooit gehoord dat er weleens en tukje werd gedaan in de wachtkamer tijdens de nachtdienst. Men lag niet op een bed of comfortabele stoel maar dwars op drie stoelzittingen. Ik kan mij niet voorstellen dat dit erg comfortabel lag. Maar ja, beter iets dan niets zou ik zeggen. Op naar het volgende verhaal