Pakjesavond
Het hoogtepunt van de Sinterklaastijd was natuurlijk pakjesavond. Op die avond werd er altijd vroeg en snel gegeten. Als de afwas klaar was werd er koffie (door mijn ouders) en thee (door de kinderen) gedronken. Van toen ik nog heel klein was herinner ik mij dat het een gewone avond leek totdat er keihard op de huiskamerdeur, die aan de algemene overloop grensde, gebonkt werd. Mijn ouders schrokken net zo erg als wij, en dan ging die deur ook nog open op een kier, je zag een zwarte hand twee-, driemaal strooigoed naar binnen gooien, en je hoorde iemand daarna heel hard alle trappen naar zolder oprennen. Mijn vader deed dan heel moedig de kamerdeur helemaal open, en daar stonden dan de wasmanden - die mijn moeder al een paar dagen kwijt was en al bijna noodgedwongen nieuwe had gekocht - gevuld met cadeautjes. We riepen dan: “Dank u wel Sinterklaas en Zwarte Piet”, en dan kon het uitpakken beginnen.
De cadeautjes
De eerste pakjes die uitgepakt werden waren kleine dingen zoals kleurboeken, schriften, potloden, puntenslijpers en gummetjes. En natuurlijk kreeg iedereen een chocoladeletter, en vaak ook een suikerbeest. Dat laatste at ik nooit op, dat vond ik zielig, dus die versteenden na verloop van tijd helemaal. Aan het eind van de avond bleek er voor ieder kind nog een groot cadeau in de wasmanden te zitten. Zo kregen mijn broertjes een keer een prachtig pakhuis en een garage, waar een echte lift in zat. En mijn zusje Miep en ik een tafeltje met twee stoeltjes op kinderformaat. En een andere keer een poppenbedje met een linnenkastje, waarin genaaide en gebreide poppenkleertjes. Het tafeltje is er nog steeds: het doet nu dienst als plantentafel. En het linnenkastje en poppenbedje zijn er ook nog. Het bedje heeft wel een andere bestemming gekregen: het is ingepikt door de poezen!
Als alles uitgepakt was mochten we nog een half uurtje spelen met onze cadeautjes en dan moesten we naar bed, waarna de pakjesavond voor mijn ouders begon. Die kregen beduidend minder dan wij …
Een zakkammetje in een etuitje
Waar ik mij nu over verbaas is dat je als kind totaal niet door had wat er allemaal gaande was in die weken voor pakjesavond. Het huis in de Eerste Hugo de Grootstraat waar we met twee volwassen en vijf kinderen woonden was klein, kleiner dan het appartement van nog geen 60 vierkante meter waar ik nu in mijn eentje woon. Ik denk dat mijn vader op de anderhalve dag dat hij vrij was heel veel op zolder heeft zitten timmeren, in de kou. En dat mijn moeder ’s avonds als wij in bed lagen nog tot laat in de avond met de naaimachine in de weer is geweest. Ik verbaas mij er ook over dat ze met weinig geld – want veel geld hadden ze niet – zulke geweldige Sinterklaasfeesten voor ons konden organiseren. Voor zichzelf was er weinig op die avond, eigenlijk bijna niets. Mijn moeder vertelde mij eens dat ze nog maar een paar dubbeltjes over had voor pakjesavond, en dat mijn vader toch ook iets moest krijgen. Dat werd dus een zakkammetje in een etuitje. En mijn vader had ook bijna geen geld meer, en ja, moeder verdiende toch ook een cadeautje. Inderdaad: een zakkammetje in een etuitje…