O, mijn rug!

Auteur: Jan Kuijkens
8 Fans
Amsterdam-West

Wassen vroeger en nu

Tobbe, wasbord en heet water bijgieten, zo ging het vroeger wie, wat, wanneer, waar Illustratie: fragment uit folder van bekend warenhuis

Tobbe, wasbord en heet water bijgieten, zo ging het vroeger wie, wat, wanneer, waar Illustratie: fragment uit folder van bekend warenhuis Door: Jan van Zijp

Alle rechten voorbehouden

Mam, mag ik een schone broek? Ja, doe de vuile maar in de wasmachine, want ik zet hem zo aan.
Ja, zo gaat het nu. Maar laten we zeggen, 80 jaar geleden ging het anders met de was.
De vuile was werd opgespaard tot het weekend. ‘s Zondags in de grote hoge zinken ketel. Eerst de vuile boorden of manchetten met groene zeep insmeren, dan vullen met water, de zware ketel op het gas zetten en de was eerst dus koken. Dat was al een heel zwaar karwei voor de huisvrouwen; o, wat hadden die ruggen te lijden. Dan ‘s maandags de was overhevelen naar de grote wasteil of houten wastobbe, welke - als het goed was - op een houten ‘bok’ stond of gewoon op een paar stoelen.
De was werd uitvoerig op de hand gewassen op een wasbord en zo nodig met een harde borstel geschrobd, en die borstel was echt hard! Uiteraard had de kleding daar veel van te lijden. De was werd gedroogd door wringen met de hand, of door de wringer, als deze op de tobbe geklemd zit. De was werd nagespoeld en weer gedroogd en weer in het water gespoeld met het beruchte zakje ‘blauw’, dat de witte kleur moet optrekken. De was werd weer gedroogd en ging aan de lijn. Dinsdag of woensdag strijken met een zware ijzeren bout die op het gas of in het vuur verhit werd en dan kon de was eindelijk de kast in.
Tegenwoordig gaat het heel wat makkelijker, ‘s morgens in de was, op een paar knoppen drukken en ‘s avonds droog de kast in.

Alle rechten voorbehouden

1736 keer bekeken

5 reacties

Voeg je reactie toe
Channah van Straaten

Wringer

Mijn vroegste échte herinnering aan de maandagse was dateert vanaf dat ik een jaar of vier was. Er werd toen namelijk door mijn oom Frans een wringer op de wastobbe gemonteerd. Op die wringer zat een door mijn oom gemaakt naambordje met 'Leunia' erop. Leunia was een buurvrouw van Oom Frans en tante Rie uit Spaarndam. Of de wringer een gift van Leunia was weet ik niet.
Van mijn moeder mochten wij kleine dingetjes door de wringer halen, voor grote hadden we de kracht natuurlijk nog niet. We zullen ongetwijfeld in de weg gelopen hebben, maar mijn moeder vond dat blijkbaar niet erg, terwijl die was natuulijk gigantisch was met (toen nog) vijf kinderen. Inderdaad had die was eerst staan koken op het gasstel. Toen ik je stukje las, Jan, herinnerde ik mij meteen die geur van zeep weer.
Het houten rekje om de kachel herinner ik mij ook nog goed. Maar ook de lattenzolder, waar waslijnen hingen waar de grote stukken opgehangen werden. Soms werd ik wel eens naar zolder gestuurd om te kijken of de was wel droog was, doodeng vond ik dat, want het was er donker in de winter. Brrrrrr.
Ik schat ongeveer anderhalf jaar voordat we in 1957 naar Geuzenveld verhuisden kwam er een - al ongetwijfeld tweedehands zijn geweest -wasmachine, zo'n langzaamwasser, waarbij toch de witte was nog gekookt werd voor hij in het apparaat ging. Dat was ook nog een heel gedoe: eerst die kookwas, en vervolgens op soort en kleur de andere kleding, die kouder gewassen moest worden. Er was ook een ccentrifuge, waar mijn moedwer met haar vole gewicht op leunde voordat hij op toerental was, want anders danste hij de hele keuken door.
In Geuzen veld was die wasmachinern en centrifuge niet meer nodig: daar hadden we het lavet, dat zowel als kinderbadje als wasmachine (met een losse schoep erin) gebruikt moest worden, en ook de centrifuge huurden mijnouders van de woningbouwvereniging. Wat een luxe!

Joop

Zakje blauw

Ik moest eens bij de Gruyter op de fiets een pak Sunil halen maar onderweg schoot ik van mijn trappers met mijn middendeel op de ijzeren stang van de fiets, toen had ik ....en een pak waspoeder en een zakje blauw voor de prijs van 1.

azalaia

zo ging het vroeger...

Op zondagavond herinner ik mij dat de boiler werd vol gegoten met koud water zodat die de hele nacht kon opwarmen tot kookpunt zodat er meteen op maandagochtend om 05.00 uur gewassen kon worden. Dat was altijd een heel gedoe, eerst de witte was en dan in het vervuilde water de bonte was erachter aan. En dan spoelen 2 keer...alles bij elkaar was het wel 5 uur werk voordat alles te drogen hing.
Dit gebeurde allemaal in de keuken van mijn grootouders bij wie ik de eerste 12 jaar heb gewoond.

Laatst hield ineens mijn wasautomaat ermee op tijdens de eerste spoelgang.
Ik moest dus 6 kilo grote was met een groot dekbedovertrek met de hand spoelen in een bak met veel water. Wat bleek nu later: de stroom was uitgevallen, het lag dus niet aan mijn machine en met een simpele handeling in de meterkast had ik weer stroom.
Ik dacht meteen aan die tijden van vroeger dat veel dingen met de hand gingen, zo ook met koffiebonen malen in zo'n Douwe Egberts slinger koffiemolen die aan de muur hing, en uiteindelijk had je overheerlijke echte koffie...die je al vanaf een kilometer kon ruiken bij wijze van...
azalaia

JAN KUIJKENS

REKJE

jA, INDERDAAD. DE WAS WERD TER DROGE GEHANGEN OP HET HOUTEN REKJE EN S'WINTERS RONDOM DE KACHEL GEPLAATST.

Jan Wiebenga

Zo was het

Jan, zo was het inderdaad. Voor 1960 hadden wij geen wasmachine. Alles ging nog met de hand. Ik zie moeders nog staan over die wasteil. Ze viste dan de kleding met een aardappelstamper uit het hete water. Zakje blauw werd volgens mijn vrouw voor de witte was gebruikt, ze noemden het ook wel poppetje blauw. Ja, mijn moeder huurde eens per week een centrifuge die gebracht werd door de heer Gering (van der Hoopstraat). Hij bracht en haalde deze achter op de fiets. Waarschijnlijk deed ze dat om de kleding weer zo snel mogelijk in de roulatie te hebben?