Ik bezat toen nog geen rijbewijs. Meerijden was het credo. Soms met Ruud Schilp (Stylistics) of met Ellen van Toor. In de mini. Tjonge, het maakte ons niet uit hoe je er kwam, als je er maar kwam. In het Centrum van Bergen waren 2 gelegenheden: CO-CO en Palermo. De boerenmeisjes zaten te wachten op 'wat het weekend nu weer zou brengen'. Nou, volgens mij wisten zij het wel hoor. Auto's vol met hitsige Amsterdammers.
CO-CO
Deze tent zat ergens in een kelder. Midden in het centrum. Rob was daar de portier. Grote snor. Aardige gozer. Voor mijn gevoel zou CO-CO zonder onze aanwezigheid failliet gaan. Maar gevoel bedriegt soms… Enfin, het was altijd dikke pret daar. Ik herinner mij 'lange Tommie'. Een mooie Amsterdamse jongen die uiteindelijk het hart van een heel prettig uitziend 'boerenmeisje' won. Onder luid gejuich en geapplaudisseer (hoe kinderachtig kan het) werd zij midden op de dansvloer oraal genomen. Eigenlijk kan ik mij weinig echte details herinneren. Was er geen diepgang dan? Was ik te ver heen? Het 'overall' gevoel was echter gaaf. Gewoon lekker.
Toch is er een avond die ik als stille jongen nooit vergeet. De uitbater van CO-CO (Martin?) had een meisje. In mijn ogen een bloedmooi blond meisje. Een beetje een kakkertje herinner ik mij. Bontjasje over de schouders. De weg naar buiten kan ik mij niet meer voor de geest halen. De weg bij haar naar binnen nog wel. Tjonge-jonge, stond ik daar ergens buiten met mijn poffertjesporem het meisje van 'de baas' te zoenen. Verdere details vertel ik niet want die waren er ook niet. Ik pakte mijn moment daar en deed wat er op dat moment van een Amsterdamse jongen werd verwacht. Meedoen!
Palermo
In Palermo liep het een ander moment een keer uit de hand. Tenminste voor mijn gevoel. Er was een opstootje of de jongens waren weer eens goed vervelend. Dit duurde voort totdat de eigenaar van het perceel er genoeg van had. Een klein mannetje. Breed en een donker uiterlijk. Hij kwam aangestormd met zijn rechterhand in de linker binnenzak van zijn jasje. Er leek geen twijfel te bestaan of hij zou een wapen trekken. Op dat moment wierp Peter V. zich voor de man en trok zijn jas open. Peter wees op de plaats waar zijn hart ergens zit en zei: "Schiet maar! Schiet maar!" Onder luid gelach draaide het mannetje zich om en droop af. Ik was stomverbaasd en dacht: "Goh, wat stoer is die Peter toch". Later zie je dat anders ...