Lucht genoeg
‘Ik denk dat ik zo’n 6 of 7 jaar was en we woonden in de Kanaalstraat … of was het al in de Stuyvesantstraat’, zegt hij peinzend. ‘In ieder geval, ik had enorme last van bronchitis en moest daarom van de gewone school in de Crijnssenstraat naar de openluchtschool.’ Hoe die school heette weet Jan niet meer. ‘Volgens mij gewoon 1e Gemeentelijke Openluchtschool. De ingang zat in de Frederiksstraat en het schoolplein grensde aan het Vondelpark. Lucht genoeg dus voor ons bleekneusjes. Bijzonder was dat er wel raamkozijnen waren in het gebouw, maar geen ramen. We kregen gewoon les, maar na de lunch (een broodmaaltijd) moest iedereen naar het schoolplein. Daar stonden allemaal britsen - een soort veldbedden – met dekens en daarop moesten we verplicht een uur rusten. De juf zat er meestal wat bij te dutten of te lezen. Je mocht niet praten, maar ik zag wel kans om stiekem met langslopende miertjes te spelen’, zegt hij grinnikend vanwege die herinnering. ‘Als het slecht weer was stonden de britsen gewoon in de klas’. ‘Maar hoe zat dan dan met die open ramen?’ vraagt Loes. Jan kijkt haar verbaasd aan: ‘Tja, dat weet ik eigenlijk ook niet meer hoe dat was bij regen, wind of sneeuw.’
Schoolplein
Aangespoord door deze herinnering klapt Jan z’n laptop open. Even zoeken naar foto’s van de die openluchtschool. We vinden snel een foto van het schoolplein, waarop ik uitroep: ‘dat is het plein van de HAVO-Zocher, waar ik op zat! Dat moet kloppen, want toen was er ook een ingang in de Frederiksstraat. ‘Heb jij op de HAVO daar gezeten?’ vraagt Loes enthousiast, ‘onze jongens ook!’ Binnen vijf minuten vliegen de namen van leraren over tafel: Van Slingerland voor aardrijkskunde, Ploegsma (‘moeder Ploeg’) voor Nederlands. En dan nog een voor Engels, een jonge vent met een sikje en een verwarde haardos. We komen niet meer op zijn naam, maar ik herinner me in ieder geval nog dat we hem Catweazle noemden naar de figuur uit de toenmalige kinderserie.
We zappen tot slot nog even op de laptop langs oude foto’s en sites over openluchtscholen (er blijkt er nog steeds een in de Cliostraat te zitten) en concluderen dat het toch ontzettend leuk is hoe je al pratend allerlei herinneringen van verschillende generaties aan elkaar knoopt.
Ruud van Koert was op visite bij Jan en Loes Kuijkens, collega-schrijvers van het Geheugen van West en sinds 1977 woonachtig in de Louis Couperusstraat.