Ze was 3 toen ze op de Burgemeester van Leeuwenlaan kwam wonen. "Het was een ziekenhuiswoning: 5 kamers aan een hele lange gang." Het waren grote huizen, helemaal in vergelijking met de halve woning in de Jordaan waar het gezin vandaan kwam. Het gezin had 7 kinderen en toen de oudsten het huis verlieten kwamen opa en oma inwonen.
Druk?
"Je wist niet beter, dat hoorde gewoon bij ons gezin. Ouders gingen niet naar een bejaardenhuis."
Vader en moeder werkten en oma lette op de kinderen en op opa.
Later zorgde mevrouw Bastiani, als jongste meisje thuis, voor het gezin.
Op vrijdagavond kaartten de mannen in de kamer en de vrouwen zaten in de keuken te praten.
Mevrouw Bastiani werd al jong moeder. Haar man was een buurjongen: "We kenden elkaar al van jongs af aan." Door de woningnood bleef ze met haar kind bij haar ouders wonen om na verloop van tijd met haar gezin een woning aan de Van Ostadestraat te betrekken.
"We woonden daar, maar we zaten altijd hier. Ik kon niet wennen daar. Mijn man en ik kwamen beide uit een groot gezin en dan plotseling stilte en met z'n tweeen met een kindje, dat viel niet mee."
Toen haar zus verhuisde betrok mevrouw Bastiani met haar gezin de woning in de Burgemeester van Leeuwenlaan waar ze nu nog steeds woont. Weer terug op haar stek.
Buurtbewoners richtten een speeltuinvereniging op waar de kinderen film keken, disco hadden en waar Sinterklaas gevierd werd. De bewoners organiseerden tennistoernooien en barbecue party's waar iedereen zijn steentje aan bijdroeg. Ook de 'beroemde' Tokkies zetten zich in voor de buurt en de kinderen. "Het is een fijne buurt om te wonen en dat mag ook wel eens benadrukt worden."
Gepubliceerd: 12 april 2006