Ook waar de A10 in 1975 werd geopend lag veel zand. Ton vertelt: ‘Daar ging ik altijd wandelen met de hond, dat was mijn vaste rondje. Toen ik daar niet meer mocht komen was dat wel een inbreuk op mijn privacy.’ De bomen en ander groen werden langzaam groot. ‘In de jaren tachtig was het ideaal hier’, vindt Ton. ‘Het was echt een buitengebied en er werd in de buurt veel gewandeld. Nu is het steeds meer steenpuist en betondorp.’
Buurt in verandering
Een andere verandering was het verdwijnen van de winkels. Toen Ton jong was, hoefde je de buurt niet uit voor de boodschappen: ‘Er zaten winkeltjes op alle straathoeken. Je had hier in de straat de bakker en de Coöperatie, verderop zat de slager. En de rest kwam ook in de straat. De melkboer reed rond, ’s avonds kwam de VAMI-ijskar langs en de voddenman kwam met de bakfiets om oude kleding op te kopen.’ Op de Bos en Lommerweg was een vestiging van V&D. ‘De V&D zat op de hoek van het Borstblok, waar je ook veel andere winkels had. Het was een drukbezochte straat. Doordat de bevolkingssamenstelling van de buurt veranderde, waren er op een gegeven moment niet genoeg klanten meer’, vertelt Ton.
“Je bent met je eend getrouwd”
Voor Ton was er nooit een reden om te verhuizen, want hij werkte zijn hele loopbaan in Amsterdam. In 1965 begon hij in het researchlaboratorium van de Amsterdamse kininefabriek en van 1975 tot zijn pensioen in 2011 werkte hij voor Publieke Werken Amsterdam. Hij heeft een zeilboot in de Erasmusgracht liggen en een eend bestelbus voor de deur staan. Ton en zijn eend zijn onafscheidelijk. ‘Mijn collega’s zeiden weleens: “Je bent met je eend getrouwd”,’ vertelt hij. ‘Met de eend kan ik lezen en schrijven. De bestelbus-eend die ik nu heb is 37 jaar oud. Sinds 1968 heb ik een eend gehad. Als er iets stuk was dan kon ik het zelf repareren. Dat spaarde veel geld uit.’
In 2000 ontmoette Ton zijn vrouw Mona Hartanto in Indonesië. Zij is inmiddels naar Nederland gekomen en bij hem ingetrokken. Ton: ‘Mijn vrouw zei: “Als je zo goed voor je oude auto bent, dan ben je ook goed voor mij.”’ Ton en Mona hopen nog lang in hun lichte hoekwoning in de Ernest Staesstraat te wonen. Ton is gehecht aan de buurt, ondanks de minder prettige kanten die deze jarenlang had. ‘Als ik dan echt moet verhuizen, dan is mijn droombeeld en eengezinswoning met een garage’, besluit hij. ‘Ik zou graag een garage hebben voor de eend.’
Lees ook deel 1