Herinneringen uit de Staatsliedenbuurt van 1942-1960
(Deel 2 van een serie verhalen)
Van der Hoopstraat voor 1960 (2)

Radio en TV in het parochieblaadje van de Magdalenakerk (1957)
De woning in de van der Hoopstraat stelde, naar huidige maatstaven, niet zo veel voor. Uit het portiek stapte je door de voordeur in een klein tochthalletje. De deur daarvan gaf toegang tot de gang. Meteen links was de slaapkamer van ons kinderen, en ook de kamer waar de eerste drie geboren zijn. Aan het einde van de gang was rechts het toilet, rechtuit de keuken en links de huiskamer. Tussen de slaapkamer en de huiskamer zat nog een tussenkamertje dat later bij de huiskamer is getrokken. Vader en moeder sliepen daar in een opklapbed. De huiskamer was niet zo groot. Met verjaardagen moest de visite soms op een steigerdeel zitten, deze lag dan met de uiteinden op twee stoelen. Iedereen kon dan toch zitten! De tafel stond in het midden met 6 stoelen eromheen. Pa had zelf een boekenkast gemaakt met glas in lood in de twee deuren. In de hoek van de kamer stond de radio op een oud eiken tafeltje. Televisie was er niet voor 1951. Wij kregen televisie in het begin van 1953. We hebben toen de hele watersnoodramp gezien. Dat is het eerste wat we op de televisie gezien hebben! Dat was dus geen bemoedigend begin voor het nieuwe apparaat. In de achtergevel zaten twee openslaande deuren naar de waranda. Die stonden zomers altijd open. De keuken was heel eenvoudig met een granieten gootsteen. De gootsteen was met zwart witte tegeltjes betegeld. Daarboven was een pannenrek aangebracht voor potten en pannen. In de aanrechtkastjes zaten geen deurtjes maar er hing wel een gordijntje voor. Aan de andere kant had mijn vader een (vr)eetplank tegen de muur gemaakt. Daar stonden ook vier stoelen. Een koelkast hadden we toen niet. De was werd met de hand gedaan in een tobbe met wasbord. Een centrifuge huurden mijn ouders één keer in de week. Die werd dan achter op een fiets gebracht door Gering, onze leverancier van de tv en radio. Aan het eind van de dag kwam hij hem dan weer ophalen. Je kon de was niet altijd zomaar buiten hangen, het regende toen ook pijpenstelen. Aan de achterkant van de keuken kon je ook weer op de waranda komen. Was je daar, dan ging je een trapje van drie treden af en stond je op het plaatsje en in de tuin. De tuin was ongeveer vier meter lang. Dan kreeg je de schuur met in het midden een deur. Het was een hele grote schuur, ongeveer tien meter lang. Daar kon het zomerhuisje of strandhuisje precies in. We hebben het daar wel opgebouwd zonder dak zodat je er in de winter aan kon verbouwen. Het werd daar ook geschilderd en klaargemaakt voor het nieuwe strandseizoen.
Plattegrond
Situatieschets van de woning voor de echt geïnteresseerden onder ons.
Voor de bovenwoningen geld dezelfde indeling. Behalve het trappenhuis, want dat nam ook nog eens de ruimte van de gang in beslag. Op de zolders bevond zich voor iedere woning een opbergruimte, afgescheiden door wanden van latten. De zolders werden ook gebruikt als vluchtweg als er brand was. Je kon, als er niets voor de deuren stond, over de zolders helemaal van hoek tot hoek lopen. De tuin en de schuur gold natuurlijk alleen voor de benedenwoning. De huur was ook iets hoger als de bovenwoningen.
Gepubliceerd: 17 februari 2007
Lees ook deel 1 van dit verhaal.
Alle verhalen over de Staatsliedenbuurt staan in deze rubriek
4549 keer bekeken