Schillen en huisvuil
De schillenboer kwam een keer in de week met paard en kar. Hij kwam naar boven om de schillenmand te legen in een zak. Boven op zijn kar zat hij de schillen en groente- en fruitafval te sorteren.
Hoe de vuilnisophaaldienst precies geregeld was, kan ik me niet goed meer herinneren. In elk geval kwam er een man met een houten ratel door de straat om aan te kondigen, dat de vuilniswagen in aantocht was. Dat moet erop duiden, dat het systeem van de zinken emmer met gesloten deksel nog niet was ingevoerd. Ik denk, dat de bewoners bij het horen van de ratel hun emmers met vuil op de trottoirrand moesten zetten, waarna ze geledigd werden in een soort container.
De gemeentelijke stadsreiniging was gelegen tussen de Kwakersstraat en de Kinkerstraat. Daar stond een hijskraan, die de vuilcontainers in een speciaal daarvoor ontworpen dekschuit plaatste. Vanaf de brug bij De Clercqstraat zag ik vaak de dekschuiten, voortgetrokken door een sleepbootje, voorbijvaren. Maar ik heb ook herinneringen aan zo’n dekschuit, die voortgeduwd werd door een man met behulp van een lange stok, die tot de bodem van de gracht reikte. Die man liep met die boom langs een smalle rand van de dekschuit, de ene keer links en dan weer rechts. Ik was altijd bang, dat die man in het water zou vallen.
Ik denk toch, dat in mijn jeugd het nieuwe systeem van identieke vuilnisemmers met deksel is ingevoerd. Die emmers hadden ongeveer de inhoud van onze huidige vuilniszak. Alleenstaanden kregen een vuilnisemmer, die een maatje kleiner was. Zo’n zinken emmer bood het voordeel, dat je het vuil flink kon aanstampen. Voor de vuilnisman was het een karwei om zo'n emmer te legen. Het ophaalsysteem werd daarop aangepast doordat de emmer met geopend deksel boven een open gleuf in de vuilniswagen flink heen en weer werd geschud. Als het vuil zo vast zat, dat het onderste in de emmer bleef zitten, had je pech gehad. Het vuil, dat zich in de vuilniswagen ophoopte op de plaats onder de schuifopeningen, werd verspreid door de container een kwartslag te laten draaien via een tandradmechanisme.
Die vuilnisemmer was van binnen natuurlijk heel vies. Voor een luttel bedrag kon je die laten schoonmaken door een particuliere dienst. Maar desondanks was de hygiëne er niet bijzonder mee gediend en werd de vuilnisemmer op de waranda in de buitenlucht gezet.
Mijn jeugd bracht ik door in een stramien van vaste tradities. Schoenen werden bij Leemans gekocht in de Kinkerstraat, kleding uitsluitend bij C&A op de Nieuwendijk. Ons haar werd geknipt door kapper Kwakernaat op het Staringplein en de schoenen werden verzoold bij Straatman. Een paar keer in de week moest ik tussen de middag een ons vetspek halen bij slager Admiraal in de Ten Katestraat en een stukje leverworst bij Link in de Kinkerstraat. Bij Admiraal was het altijd druk. Ik moest lang op mijn beurt wachten. Maar ik kan me niet herinneren, dat ik ooit ongeduldig werd. Er bestonden geen supermarkten met zelfbediening. In elke winkel moest je rustig je beurt afwachten.
Klik hier voor een overzicht van alle delen in deze reeks.