Mijn ouders hebben de tweede wereldoorlog bewust meegemaakt, 8 en 6 jaar waren ze toen die uitbrak. Ze hebben angst, verlies, honger en kou gekend. De elementen die een kind op die leeftijd het meest vormen.
Ze vertelden mijn broer en mij over de oorlog. Op een manier dat wij het zouden kunnen begrijpen. Zonder angst aan te jagen of stoer te doen. Zij vertelden hun eigen belevenissen en dat wat ze wisten en hadden gezien. En vooral hoe dat voelde in die tijd. Zodat ook wij het nooit zouden vergeten en de oorlog zouden gedenken op een respectvolle manier.
En tegelijkertijd heeft het ons geleerd dat je nooit hoeft toe te geven aan een bezetter, een vrijheidsberover.
Én ... dat iedereen gelijk is!
"Amsterdam huilt" kon bij ons niet geluisterd worden zonder dat er tranen vloeiden.
Ik weet nog dat we in de stad liepen en op een plek kwamen (was het de Waag?) waar je van daar af het Rembrandthuis en de Portugese Synagoge kon zien omdat daar niets meer stond aan gebouwen. Mijn vader vertelde dat daar de Joodse wijk was geweest. Die enorme leegte maakte enorme indruk.
Wij woonden in Osdorp en op 4 mei speelden wij ook 's avonds nog een tijdje buiten. Totdat om 19.45 mijn moeder op het balkon in haar handen klapte ten teken dat we naar huis moesten komen. We woonden op de Notweg en speelden dan meestal in de speeltuin bij Remijden.
Op andere dagen wilden we nog weleens dralen. Niet op 4 mei.
De 2 minuten stilte werd bij ons thuis vaak een half uur. Vóór achten keken we naar de beelden van de Waalsdorpervlakte, waar zoveel verzetsstrijders het leven lieten en dan kort voor achten naar de kranslegging op de Dam.
En eigenlijk was het die hele verdere avond stil bij ons thuis.
ik herinner me een vierde mei dat er een auto door de Notweg reed, het was nog een Duitser ook. Samen met een paar buurmannen is mijn vader voor en achter die auto gaan staan en hebben hem daar stil gehouden tot ver na achten. Zonder woorden of schelden of agressie, gewoon stil staan en stil zijn.
Mijn ouders zijn in de hongerwinter ondergedoken in de polders. De vader van mijn moeder werkte voor de oorlog bij de Balast en had een "Sonderausweis" De Balast werkte voor de Duitsers maar opa niet! Hij meldde zich ziek en verdween uit het zicht van de Duitsers maar gebruikte uiteraard wel zijn ausweis om zijn gezin en andere te helpen. Regelmatig ging hij op de fiets de polder in om eten te halen en nog wat andere dingen die hij ons nooit wilde vertellen. Opa overnachtte dan bij boeren en leerde zo de Van Benthems uit Vollenhove kennen. Toen de hongerwinter kwam heeft hij mijn moeder achterop de fiets naar Vollenhove gebracht en zij is bij de Van Benthems gebleven tot september 1945 zij eindelijk weer naar huis in Betondorp kon. De brieven die zij naar huis schreef zijn niet bewaard, wel de brieven die zij van haar moeder kreeg. 2 Brieven in bijna een jaar zegt iets over de contact mogelijkheden die er waren in die tijd en het gevaar wat altijd loerde. Mijn oma, die in Duitsland geboren was heeft vanaf het begin van de bezetting tot aan haar dood in 1976 nooit meer een woord Duits gesproken.
Mijn vader ging ook de stad uit. Lopend met zijn moeder vanaf Betondorp naar (denk ik) het IJ waar schuiten lagen die kinderen naar de kop van Noord Holland en Friesland brachten. Deze transporten werden gebombardeerd en vanaf de wal beschoten. Ook daar alleen maar angst. Mijn vaders oudere zus was te ziek om de stad nog uit te gaan.
Zo gingen kinderen weg, niet wetend of je je ouders, broers en zusjes ooit nog terug zou zien.
Op 4 mei om 20.00 uur ben ik stil.