Het huizenblok Johan Coltermanstraat begon met nummer 2 met achtervoegsel ‘huis’. Wij woonden vanaf 1956 op nummer 2 huis (hs).
Onder het hele blok waren de bergingen met daar tussenin een lange gang. Ieder woonhuis had een eigen berging, gescheiden van elkaar door gaas met grote gaten. In onze ‘box’ stond een kolenhok, gemaakt door mijn opa. Daar voor konden we de fietsen van mij, mijn broer en zus kwijt, plus de bromfiets van mij vader. Voor de fiets met hulpmotor, het zogenaamde ‘eitje’, van mijn moeder was geen plaats en die stond in de ‘box’ van mijn opa en oma, die naast ons woonden, op nummer 3 hs.
Een buurman was handenarbeidleerkracht en hij had een knutselclubje in zijn box, waar buurtkinderen op de woensdagmiddag onder zijn leiding konden knutselen. Wij mochten daar niet naar toe van mijn moeder, want dan waren we uit het zicht: “Mama moet jullie kunnen zien!”.
Later was die lange gang een ideale plek om je in te verstoppen toen we verstoppertje speelden met alle buurtkinderen.
Een oudere man had in zijn box een fietsen-reparatie-werkplaats. Deze man had het uiterlijk van een oude man uit de Donald Duck-strips. Hij had dan ook de bijnaam ‘Opa Duck’.
Aan de voorkant, onder de woonhuizen waren garageboxen. De garagebox onder ons huis was van een invalide man die met zijn ijscokar zijn brood verdiende. De man hinkte en bewoog moeizaam. ’s Avonds kwam hij met een bijna lege kar bij zijn box aan en mochten wij, buurtkinderen, de restjes ijs uit de kar lepelen en vervolgens de man helpen om zijn kar schoon te maken. Dat had mijn moeder liever niet. Buurman Vonk, met een stoffeerderijzaak in Osdorp, sloeg zijn stoffen in een andere garagebox op.
Aan het eind van de Coltermanstraat, aan de Albardagracht, waren grotere garageboxen, waar autoreparatie-bedrijfjes gevestigd waren.
In die tijd hadden wij een oude auto, gekocht bij een bedrijf bij het Haarlemmermeerstation, genaamd ‘Rijk’s auto import’. Mijn vader vond dat een betrouwbaar adres, vanwege het ‘Rijks’. Een auto kopen van een zaak van het Rijk!
Na verloop van tijd moest de uitlaat nagekeken worden. Opa Duck zei dat zijn schoonzoon van het autoreparatiebedrijf langs de Albardagracht er wel even naar kon kijken. De man kon de uitlaat wel repareren: ”Niets aan de hand, een kleinigheid”. Het eindresultaat was echter, dat de schoonzoon een hele reeks gaatjes in de uitlaat had gebrand en er alsnog een nieuwe uitlaat geplaatst moest worden. Ditmaal door een bonafide garagebedrijf.
Bedrijvigheid in de Coltermanstraat
191 keer bekeken