Confrontatie met het verleden in Osdorp

Auteur: T. Bosma
6 Fans
Osdorp, Geuzenveld

“Als 16 jarige reed ik op een Tomos, een nozembrommer, gemaakt in het toenmalige Joegoslavië. Mijn vrienden reden Puch en Kreidler en ik week dus enorm af. Maar ik reed ze er wel uit op mijn zelf opgevoerde modelletje, met wind mee langs de Sloterplas reed ik 80 tot ie begon te rammelen, dus in het vervolg ging ik niet harder dan 70 en heb maar een keer een bekeuring gehad!"

Mijn mooiste plekje, het pad naar de polder. Foto: Elbert van Duijkeren, oktober 2007 Foto: Einde Van Karnebeekstraat in Geuzenveld, Elbert van Duijkeren, oktober 2007

Mijn mooiste plekje, het pad naar de polder. Foto: Elbert van Duijkeren, oktober 2007 Foto: Einde Van Karnebeekstraat in Geuzenveld, Elbert van Duijkeren, oktober 2007

Alle rechten voorbehouden

"Toen ik 17 was zijn we naar Amstelveen verhuisd, maar ik bleef op mijn brommer naar de Osdorper School Gemeenschap (OSG) toe gaan omdat ik enorm aan deze school verknocht was.. In die tijd had deze school nog geen slechte naam, dat is pas jaren later gekomen. Daarna volgt een gat van 35 jaar als het om West of Nieuw-West gaat. Begin 2005 kwam ik als opbouwwerker in Osdorp te werken en sindsdien komen de herinneringen terug op de meest onverwachte momenten. Daarbij gaat het niet zozeer om de mensen als wel om de plekken. Ik was laatst bij een 91 jarige vrouw in de SuHa-buurt op bezoek. Op het moment dat ik haar woning binnenstapte, kreeg ik de herinnering aan het huis van een vriendje uit mijn jeugdjaren. Destijds was ik een meter boven straatniveau en dus leken de gebouwen groter en de portieken breder dan dat ik dat nu als volwassen persoon zie. Het ging echter om dezelfde woning. Ik was daar eerder geweest.”
“Twee jaar geleden was ik uitgenodigd voor een Iftar bij "STISH", een Turkse Moskee aan de Notweg in Osdorp, en ik kreeg hetzelfde gevoel. Ik keek als het ware door de nieuwe aankleding heen en herinnerde me dat het vroeger een wijkgebouw is geweest waar ik op dansles zat. Deze verwachte en onverwachte confrontaties met het verleden maken mijn werk extra leuk.
De bestuursadviseur van het wijkorgaan blijkt tegelijk met mij op de OSG te hebben gezeten. Ik kan hem niet herinneren uit die tijd, maar we kunnen allerlei situaties precies na vertellen. Ik zal nog wel meer mensen tegenkomen met wie ik op een of andere manier een band uit het verleden deel, maar dat zal dan veelal onopgemerkt gaan.
Maar mijn favoriete plekje in Nieuw-West, van toen en nu, is nog steeds hetzelfde. In Geuzenveld, aan het einde van de Van Karnebeekstraat, vlak voordat je de polder in gaat. Ik hoop dat die plek nooit zal veranderen.”

Gepubliceerd: 8 oktober 2007

Alle rechten voorbehouden

1623 keer bekeken

Bezoeker

Sloterplas Puch en Politie

Ik heb ook nog een "leuk" verhaaltje over een Puch (een echte en geen Tomos) en de Sloterplas.
Het was ergens eind jaren 60 dat een buurjongen van mij me vertelde dat ie een nieuwe rubberboot had gekocht om mee uit vissen te gaan en die 's morgensvroeg wou gaan uitproberen op de Sloterplas. Dat wou ik meemaken dus ging ik een dag rond een uur of 7 in de ochtend richting Sloterplas op mijn opgevoerde Puch.
Het was er doodstil op die grintpaden dus ik dacht, ha lekker scheuren. Dat ging goed tot ik na een paar honderd meter volop in de remmen moest omdat er van links een agent op een fiets mijn pad kruisde. Ik schrok me kapot wie verwacht dat nou om 7 uur in de ochtend. Hij ging pontificaal midden op de kruising staan en maakte met zijn rechterhand een stopteken . Je snapt het al, grind is niet het beste wegdek om een noodstop op te maken en ik slipte en slingerde met mijn Puch dusdanig door dat ik de man niet meer kon ontwijken en vol op zijn dienstfiets knalde. Met als verder gevolg dat ik onderuitschoof en het hoge Puchstuur in mijn maag kreeg en het grind zich in mijn huid boorde.
Nou ben ik niet kleinzerig maar dat deed behoorlijk pijn.
Ik kermend en kreunend op dat grindpad liggend, onderwijl schuin omhoogkijkend hoe die dienstfiets ervoor stond. In ieder geval het stuur stond behoorlijk scheef. Ik ging weer door met kermen, dacht tegelijkertijd misschien heeft ie wel medelijden met zo'n onfortuinlijke bromnozem.
Die agent begon meteen te "reanimeren" (haha) helpen natuurlijk en "wat heb je nou hoe kan dat nou" enz.enz. echt heel aardig.
Ik dacht die vind mij zo zielig dat ik dadelijk zo maar mag doorrijden.
Helaas bleek ie ook nog een andere , minder plezierige, kant te hebben, want toen ik na 10 minuten weer wat bijgekomen was vroeg ie of ik al in staat was om een bekeuring in ontvangst te nemen en of ik maar zo vriendelijk wou zijn om die op de Lodewijk van Deijsselstraat z.s.m. te gaan betalen. Verder melde ie dat ie mijn brommer in beslag zou kunnen nemen , maar gezien mijn deplorabele staat daar maar van af zag.
Het is nu bijna 40 jaar geleden maar nog regelmatig zie ik dat schrikbeeld voor me van die agent die natuurlijk gewoon zijn werk deed. Wat ik wel vind is dat ze in de politieopleiding een hoofdstuk
brommerontwijken moeten opnemen want dit was gewoon pure kamikaze wat deze "oom" deed.