"Ik heb het over de jaren 1957/60. Ik runde een filiaaltje van de Co-operatie, die je toen nog had. Het was een winkeltje van circa 60 vierkante meter, gelegen in de Spaarndammerbuurt."
Alles los en afwegen
"Zelfbediening of supermarkt kende men nog niet. Het waren de echte buurtwinkeltjes waar je de meeste klanten persoonlijk wel leerde kennen. Ze woonden ook meestal in de directe omgeving van de winkel.
Men kende nog geen voorverpakte artikelen. Alles was los in de bakken in de achterwand. Erwten, bonen, rijst, zuidvruchten, suiker. Maar ook vruchtenhagel, bruine suiker, basterdsuiker en vele andere artikelen.
Zachte zeep en stroop zaten in vaatjes of blikken. Rijst, suiker en meel kwamen in balen van circa 50 kilo binnen en werden dan overgegooid in de houten verkoopbakken. Ook stroop en zachte zeep werd met de hand uitgewogen. Grote pollepel in het stroopvat en maar draaien en gieten in een potje op de weegschaal en 250 gram uitwegen."
De wijk in
"Ook was er nog een wijk aan de winkel verbonden, dus donderdags de boekjes - waarin de bestellingen stonden - ophalen en vrijdags of zaterdags de boodschappen bezorgen op m’n transportfiets met een grote rieten mand voorop.
Ook gas en electrapenningen voor de meters thuis moesten bij het energiebedrijf ingekocht worden en in de winkel. verkocht. Maar je verdiende er haast niets mee. Uiteraard kwam 's avonds wel eens deze of gene een penning halen, want het gas of licht was uit gegaan. De penning was 'op'.
Later ben ik in de supermarktwereld terecht gekomen."
Gepubliceerd: 7 augustus 2008