Spelenderwijs alles leren eten
Courgettesoep met doperwten. Dat zijn de leerlingen van ’t Koggeschip niet gewend. De bordjes blijven vrijwel onaangeroerd, maar minstens een paar hapjes, dat is het streven. Doris Voss, initiatiefneemster van ‘Tijd voor eten’, is het gewend. De meeste kinderen kennen alleen tomaten, - groente- en kippensoep. Bij ‘Tijd voor eten’ is het echter allemaal anders. Niet alleen staan er andere gerechten - met alleen biologische ingrediënten - op het menu, ook wordt er echt de tijd genomen om alles te nuttigen en raken kinderen spelenderwijs bekend met gezond eten.
Erg rustig
De gezonde lunch - als pilotproject vier keer nu in ’t Koggeschip gehouden – gaat van start met uitleg van de regels. Voss: “De koks hebben de hele ochtend hun best gedaan. Dus als je iets niet lekker vindt, zeg je niet ‘wat vies’.” De kinderen van groep 3 en 4 knikken. En ook: “Dit is een chique restaurant, je gedraagt je gewoon, dus niet met je voeten op tafel en geen ruzie maken.” Voss hamert erop. Pesterijen komen tijdens de Tussenschoolse Opvang, sinds vorig jaar verplicht door de basisscholen aangeboden, vaak voor. Het is er te druk, de boterham wordt snel weggewerkt en een sfeer van rust en gezelligheid ontbreekt vaak. Dat zal niet gebeuren in haar kinderrestaurants. “Hier houden we het gezellig.” De kinderen knikken. “Ze zijn erg rustig,” constateert TSO-coördinator Chantal tijdens de lunch. “Vooral de eerste keer. Toen waren ze verbaasd. De bediening, het aparte eten, de klassieke muziek op de achtergrond, dat was allemaal nieuw.”
Ruimte voor toetje
Nieuw, en soms ook onverwacht lekker of juist niet. Van de schaaltjes met rauwkost met yoghurtdipsaus blijven de bleekselderij en radijs vrijwel onaangeroerd, terwijl de wortels, tomaten en paprika gretig worden verorberd. Maar allemaal nemen ze minstens één hapje van wat ze niet kennen of denken niet lekker te vinden. “Als je het nooit hebt geproefd, weet je niet hoe het smaakt en wat je ervan vindt,” zegt Chantal tot haar 7-jarige tafelgenoten. En dus wordt er geproefd van de groene soep. Fatima is diplomatiek. Ze eet haar soep niet helemaal op “om zo nog ruimte over te laten voor het toetje,” zegt ze. Chantal: “De pompoensoep van vorige week vonden ze wel erg lekker. De borden werden helemaal schoongesopt met het brood.” Dat brood – wel vijf verschillende soorten – wordt fraai opgediend en net zo fraai opgegeten. Dat vinden ze wel lekker, als ook de stukjes kaas en de druiven die erbij worden geserveerd en natuurlijk het toetje van yoghurt, aardbei en honing.
Applaus en handtekeningen
Het keukenmes snijdt overigens aan beide kanten. Voss, voormalig styliste, creëerde voor zichzelf een baan die goed te combineren is met het moederschap en ook andere (bijstands)ouders vinden werk binnen dit project op voor hen aangename tijden. De koks haalt ze niet alleen uit restaurants – onder andere restaurant De Kas biedt vrijwillig diensten aan – maar werft ze ook onder de leerlingen van het ROC van Amsterdam die in de kinderrestaurants een stage onder begeleiding van een topkok kunnen volgen. Al vinden de jonge gasten misschien niet alles lekker, veel eer valt er bij deze baan wel te behalen. De koks worden aan het begin van de lunch met applaus verwelkomd en na aflloop mogen ze handtekeningen uitdelen, een vast ritueel van ‘Tijd voor eten’.
’t Koggeschip wil graag verder met het kinderrestaurant, maar hoe en op welke manier moet nog worden uitgezocht. Schoolhoofd Baldinger ziet het al helemaal voor zich: groente van de schooltuinen op school geserveerd of een restaurant voor de hele buurt. “Laat die moeder haar lekkere couscousrecept hier maar opdienen.” Een ervaring voor het leven is het, zegt juf Ambré. “Dit onthouden ze zeker voor later!”
Gepubliceerd: 5 mei 2008